Dagblad van het Noorden op het web

Minder lezen, meer luisteren

Zondag wordt in Roden de vierde Dagblad van het Noorden Streektaalprijs uitgereikt. Streektaal leeft in Drenthe en Groningen, er verschijnen steeds meer titels. Het is vooral de muziek waar het goed mee gaat.

De toekomst van de Nedersaksische streektaal lijkt vocaal

Verontrustende berichten uit Friesland. In de provincie waar de streektaal zo'n beetje is uitgevonden, worden steeds minder Friestalige boeken verkocht. Dat meldt het Friesch Dagblad. Non-fictie over Friesland loopt nog wel goed, net als Friestalige kinderboeken. Maar bij de fictie is de verkoop in de afgelopen tien jaar met dertig tot veertig procent afgenomen.
Verkoopcijfers ontbreken, maar er is geen reden om aan te nemen dat het in Drenthe en Groningen anders zou zijn. Afgaand op de jaarlijkse inventarisatie voor de Dagblad van het Noorden Streektaalprijs neemt hier in ieder geval de productie van de Nedersaksische literatuur af. Er verschijnen weliswaar steeds meer boeken, maar dat zijn vooral bloemlezingen en lesboeken.
Vorig jaar verschenen 'slechts' drie dichtbundels: twee in het Gronings en een in het Drents. Die laatste, Kolde tocht van Egbert Hovenkamp, bevat de vertaling van Die Winterreise uit het Duits. Het proza heeft het niet minder moeilijk. Wat er verschijnt, zijn veelal bundelingen van columns, verspreid gepubliceerde verhalen en novellen. Een stevige streektaalroman is er al jaren niet meer bij.
Toch concluderen we jaar in, jaar uit dat de streektaal leeft. En met reden. Want niet alleen de lijst met kanshebbers voor de Streektaalprijs wordt ieder jaar langer. De aandacht voor streektaal neemt toe - bij het publiek en dus ook in de media en bij bestuurders. Nergens wordt zoveel overheidsgeld in het Nedersaksisch geïnvesteerd als in Drenthe en Groningen, zo'n 900.000 euro per jaar.
Als het ergens goed gaat in de streektaal, dan is het in de muziek. Het aantal streektaalcd's groeit gestaag, in beide provincies.
En ze klinken steeds professioneler. Wie de gemiddelde cd van nu vergelijkt met die van ongeveer tien jaar geleden zal concluderen dat de kwaliteit aanzienlijk is toegenomen: in geluid, tekst, uitstraling, presentatie, maar vooral in verscheidenheid.
Waar in de letteren de verschillende genres naar elkaar toe kruipen, doet zich in de streektaalmuziek het omgekeerde voor. Op dit moment is globaal sprake van vijf stromingen: de singer-songwriters, dé boerenrockers, de kleinkunstenaars, het amusement en een groep streektaalmusici die popmuziek in de theaters wil brengen. Het onderscheid is niet altijd even helder, maar voor alles blijkt een circuit te bestaan.
De, singer-songwriters timmeren als vanouds het meest aan de weg, in de muziekcafés en op de radio. Op de kortlijst van de Streektaalprijs prijken er dit jaar twee: Martin Korthuis en Margaretha Kleine. De boerenrockers haalden de kortlijst niet, maar zijn nadrukkelijk in opmars. De Ragebollen en Bikkel mikken op de schuurconcerten en: feesttenten, Mooi Wark schopte het tot in Paradiso.
Kleinkunst en amusement hebben veel gemeen. Maar wie Luuks Nysingh met Klaas Spekken vergelijkt, of eerst de cd van Boelo Klat en Jan Glas opzet en vervolgens naar Grunneger Gnivvels luistert, hoort een wereld van verschil. Zowel in benadering, inspiratie als pretentie. De een komt het best tot zijn recht in een oude kerk, of een dorpshuis, de ander droomt van een afgeladen Martiniplaza.
Voorheen de Bende mit Pazzipanten en Daniël Lohues kunnen inmiddels overal terecht. Dat is niet zozeer een kwestie van zoeken naar publiek en doelgroepen, maar vooral van populariteit.
Bij De Bende vooralsnog in het Noorden, Lohues mag met zijn Nedersaksische liedjes en anekdotes inmiddels hele land door. Waarmee bewezen wordt, dat belangstelling voor streektaal zich niet beperkt tot de eigen streek.
Interessant is de opkomst van streektaalartiesten die vooral op basis van hun muziek een plek willen veroveren in de schouwburgprogrammering. Erwin de Vries en ook eerder genoemde Martin Korthuis zijn daar mooie voorbeelden van.
Hoewel De Vries zich goed kan redden in de muziekcafé's heeft hij inmiddels een repertoire voor theaterconcerten in de geest van Rowwen Hèze, IOS en Zijlstra.
Bert Kamping volgt een vergelijkbare route. Als relatieve nieuwkomer in de streektaalmuziek heeft hij besloten het heft in eigen handen te nemen. Het door Kamping geïnitieerde festival !Reur! wil volgend jaar in Emmen aantonen dat er voldoende talent rondloopt om met eigentijdse Nedersaksische popmuziek de theaterzalen te vullen in Drenthe, Groningen, Overijssel én Gelderland.
In de streektaalmuziek valt niet alleen de verscheidenheid op, minstens zo opmerkelijk is de leeftijd van de musici. Bert Kamping is van 1971, net als Erwin de Vries en Daniël Lohues. Margaretha Kleine is van in 1972. De muzikanten van Mooi Wark zijn rond de veertig. Waar in de letteren de meeste auteurs de magische grens van vijftig of zelfs zestig jaar zijn gepasseerd, komen de muzikanten nog maar net kijken.
Juist omdat er nauwelijks tot geen schrijvers meer bijkomen, is lang gedacht dat de streektaal op zijn laatste benen zou lopen. De toekomst blijkt dus een stuk rooskleuriger. Met dank aan een nieuwe generatie beoefenaars - in dit geval de musici. Ze mogen dan geen boeken volschrijven, mogelijk lezen ze zelfs geen boeken, maar ze veroorzaken wel een frisse wind. En met een beetje geluk zorgen ze ook voor een nieuw publiek. Te beginnen in de concertzaal.

Uitreiking DvhN Streektaalprijs

De vierde Dagblad van het Noorden Streektaalprijs wordt zondag 5 april in de Winsinghhof in Roden uitreikt. Voor het juryrapport en een beschrijving van de genomineerden zie onze bijlage van zaterdag of www.woesten-ledig.com/streektaal.
In de categorie muziek zijn genomineerd: Allennig II - Daniël Lohues (Greytown Recordings), Dichter in mie - Erwin de Vries (Silvox, Silvolde), Drok - Margaretha Kleine (DRC, Emmen), Muze - Martin Korthuis (Dwaarshoes/Marista, Dronrijp), Voorheen De Bende Mit Pazzipanten (PapLabel/Groningen) en Zuken - Bert Kamping (Vocal Music, Emmen).
In de combinatie boeken & verhalen zijn genomineerd: Biebel (Liudgerstichting, Heerenveen); Dienstmeisjes voor dag en nacht - Ina Spijk & Annemarie van Buren (www.levensfilms.nl), Goud Volk - Siemon Reker (In Boekvorm, Assen), In paradisum - Gerard Stout (Ter verpoozing, Peize), Zeg t Mor, Gronings praten/ Grunnegers proaten - Geesje Vos & Piet Reitsema (In Boekvorm, Assen), Daip - Gré van der Veen (Profiel, Bedum).

Dagblad van het Noorden Streektaalprijs


Deze pagina is bijgewerkt op