Michel Jeurissen uit Blerick neemt regelmatig deel aan het liedjesfestival in Blerick. Hij behaalde daar diverse ereplaatsen.
In 1988 nam hij met Lei van Heyster en Sef Korsten deel aan het liedjesfestival in Blerick met Alles nao veure, geschreven door Leo en Bert van Dijk. Met het lied behaalde het trio de derde plaats. Daarmee veroverde het drietal bovendien een plaats in het Limburgs Vastelaovesleedjes Konkoer in 1989.
In 1992 zong Jeurissen samen met Lei van Heyster Stuupke op, stuupke aaf op de Wortelpin Liedjesmatinee. Het tweetal won met het lied de wedstrijd en drong er bovendien mee door tot de finale van het het Limburgs Vastelaovesleedjes Konkoer.
Samen met Leonard Titulaer en Lei van Heyster zong Jeurissen in 1996 Mien stum op de Liedjesmatinee van De Wortelepin. Met het lied - op tekst van Paul Lenders en muziek van Ruud Bettinger - behaalde het trio de tweede plaats op de wedstrijd in Blerick. In 1997 drong het trio met dat lied ook door tot de finale van het Limburgs Vastelaovesleedjes Konkoer.
Samen met Suzanne van Bree, Vilma Houba en Lei van Heijster zong hij Wat heb ik noow? op dezelfde Liedjesmatinee in 1996. Met het lied - op tekst van Suzanne van Bree, Paul Lenders en Ruud Bettinger - behaalde het kwartet de vierde plaats op deze wedstrijd.
In 1997 drong Jeurissen samen met Lei van Heijster en Leonard Titulaer door tot de finale van het Limburgs Vastelaovesleedjes Konkoer met Mien stum. Het lied was geschreven door Paul Lenders (tekst) en Ruud Bettinger (muziek).
In 1998 zong hij samen met Lei van Heijster het lied Ôngeluifelik op de Liedjesmatinee in Blerick. Het duo bereikte daarmee de derde plaats en bovendien de finale van het Limburgs Vastelaovesleedjes Konkoer in 1999.
Samen met Bernie Billekens, Thea Jeurissen, Lei van Heijster, Carolien Mulder en Paul Lenders bereikte hij in 2005 een plaats in de finale van het Limburgs Vastelaovesleedjes Konkoer met Ôzze Sjaak.
Het duo Jeurissen en Van Heijster noemt zich ook De Wortelpin.