Huis aan Huis

Streekblad voor Oost-Groningen

L.P. voor Groninger Ede Staal:

Wat ik dou is nait synthetisch
moar zuver scheerwol'

"Weet je, ik ben zeer verbaldereerd" door de honderden reacties op nijn plaat. Je houdt het niet voor mogelijk wat "Mien toentje" niet allemaal losgemaakt heeft. Wij Groningers zijn, helemaal, niet zo, dat als we iets mooi vinden, direct de telefoon of pen en papier pakken en reageren," zegt Ede Staal.

"Mien toentje" heeft heel wat losgeweekt bij het publiek in dit geval. "Ik ben zulf net zo," zegt Ede, "as ik 'n ploat heur van zeg mor vrouw Fennemoa en dei vind ik mooi, den denk ik, gut dei vrouw Fennemoa, ik loop der nait achter aan, 't is mooi en loat het doar bie... snaps't wel, zo binnen Grunnegers in de regel, nee op zo vèul reakties haar 'k nait rekend. Man, 'n dakgeude vol post heb 'k had."
Ede Staal, zeer rap goed Gronings sprekend en butengewoon levendig zijn woorden onderstrepend met gelaatsuitdrukking en gebaren.
Het succes van "Mien toentje" is groot. "Man ik haar rekend op dik doezend, moar er binnen nou al 6 doezend ploaten vot... Ik heb gemerkt dat men de plaat eerlijk, geloofwaardig vindt. Ach... het is een plaat met van alles en nog wat.
De B-kant bestaat v.n.l. uit luisterliedjes met filosofische teksten, dat komt in het Gronings niet zoveel voor. Maar al te vaak gaat het over golvend graan, bloeiend koolzaad, zonsopgang en laifde en "zukswat".

Jacques Brel
"Ik kom anders over. Wie begint nou een lied met een declamatie zoals "Het Hoogeland". Je hebt gelijk ja... ik hoor het meer, men zegt, hier doet Ede me denken aan Jaques Brel. Weer anderen schrijven trouwens, u lijkt op Neil Young. Ach, wat ik breng is echt uit het leven, over tijden uit mijn jeugd, mijn liefde voor het land. Neem nou het lied "Het het nog nooit zo donker west of het wordt wel weer licht", Over "De ol luu in heur hoeske achter diek". Geloof me, een zeer realistische situatie. "As ik zo'n Danny de Munck zingen heur over toustanden mit vrauwluu, den denk ik kerel nog an toe... hou kom de der bie..." Dat is nait echt..." Wat ik dou is nait syntetisch moar zuver scheerwol", zegt Ede.
Ede Staal is trots op zijn plaat al dut e net als of. Teksten, compositie en vormgeving van de hoes zijn van eigen hand. Taalgebruik is puur.
Situaties uit een dichtbij verleden, of het heden worden bezongen zonder boodschapperig te zijn.
Nostalgisch getint zijn de liederen ook. Neem nou de "genout", oude Grunneger woorden herleven.
Edes stem - liek oet, 'n stem van de klaai... Mien toentje - maakt wat los bij de Grunnegers, zoveel zelfs dat men reageert. Niet alleen uit de regio, maar uit heel Nederland en ver daarbuiten. Is het vreemd dat emigranten bij het horen van Ede's plaat, prompt in tranen uitbarsten, situaties van "thoes" herleven...

Indonesië
"Ik stoa 'n keer in Mien toentje, chagrijnig omdat de slakken mie de sloat opvrat'n. Komen er m'ensen mijn erf op - we wilden even kennis maken zeiden ze - we komen uit Indonesië. Toen we uw plaat hoorden kregen we zo'n heimwee naar Groningen, dat we binnen een maand zijn gegaan.
Iemand anders vroeg: "Mag ik een nummer vanjoe draaien loaten as ik cremeerd wor. Ik heb naait laank meer te leven....
Aanbiedingen om overal te komen zingen bleven uiteraard niet uit toen "Mien toentje" eind 1984 uitkwam. Maar de Grunneger troubadour moest alle optredens afzeggen.
De gezondheid van Ede liet te wensen over, een zware operatie kon alleen maar uitkomst brengen. "Credo mien bestoan" Er is 'n tied van koom'n en tied van goan, doar tussen ligt mien bestoan".
Vlak,voor de operatie dacht ik: "Nou is 't doan. En nou zie ik nog sterker alle betrekkelijkheid van de dingen in." De operatie slaagde wonderwel en al maanden probeert Ede het normale Ievensritme te hervinden. "Proaten man... gait meroakel.... zingen wordt minder en lichamelijke arbeid lukt nog maar matig."
"Als ik optreed," zegt Ede, "dan geef ik ook alles. Na drie kwartier ben ik doodop. Mijn laatste grote optreden was in Veendam, een Grunneger avond op poten gezet door radio Noord. 600 man in de zaal. Ik zong alleen met o.a. piano. Ik denk, red ik dat..." Noa 't eerste nummer haar ik de zoal, dou was 't loopies waark." Op de ene kant van mijn LP staat een groot deel van dit live optreden."

Chinees
Ede Staal, leraar Engels en schooldecaan aan de mavo in Woldendorp. Talen zijn zijn grote liefde. De laatste pagina's van een Engels lesboek zijn uit zijn typemachine gerold. Nederlands, in deze taal maakte hij teksten voor o.a. de Sterreclame op de radio. En dan natuurlijk het Grunnegers, zuiver,echt.
"Ach," zegt Ede, "ik red me ook wel goed in andere talen. Ik weet iets van Russisch en Chinees en spreek ook een mondje Deens.
Niet zo volgens de boekjes. Als ik op vakantie ben in Denemarken en we hebben eieren nodig dan "stap ik bie.'n boer 't aarf op en zeg doe hest hier nog wat ol wichtr loop'n dei vast wel 'n aai leg'n, dou mie mor 'n poar en dat op zien Deens, snaps't wel...
"Mien toentje" was . het eerste plaatje van de in Nieuw Beerta woonachtige zanger. Een zeer populair lied. De Delfzijlster handelsvereniging Kuilsburg nam een mini-LP voor haar rekening en werd door Kuilsburg uitgegeven. De geperste 2000 waren zo weg.
Men vroeg om een vervolg en zo ontstond de LP "Mien toentje" op Edes eigen label, n.l. Mollebone Musie, met 12 schitterende nummers.
In de kast ligt nog voor drie LP's aan materiaal. De plaat was 'nooit tot stand gekomen zonder enkele sponsors, waaronder de Avebe.
Ede beloonde dit met een heel gaaf lied: "Doar bluit mien eerdappellaand". Wanneer een tweede LP uitkomt is niet duidelijk. Mien toentje loopt nog steeds prima, ook de cassettes gaan over heel de wereld.
De hoes van "Mien toentje" toont een prachtige foto van een oude Oldambtster boerderij uit 1830. Deze boerderij is nog het woonhuis van de familie Staal, nog wel
Met een week of wat wordt er verhuisd naar een boerderij aan de rand van Delfzijl. De nostalgie die sterk aanwezig is in Ede's teksten vindt men zeker terug in de manier van wonen.
De woonkamer ademt de sfeer van de jaren 30; gezellig in al zijn eenvoud. Planken vloer, rieten kraakstoel en ouderwetse spulletjes.
De kamer wordt warm gestookt door een grote ijzeren kolomkachel, een bak hout staat er naast, een rekje met wasgoed staat er omheen te drogen.,br> De kamer, de hele boerderij weerspiegelt het karakter van de bewoners van de liederen op de plaat. Hail gewoon niks nijmoods. Ede snijdt een stuk droge metworst af. "Lekker mejong, zit 'n beetje knoflook deur".
Dei kachel is 'n meroakel ding, doar stait in de winter 'n haile dag de boontjesoep of snert op, of 'n bonkje veur de soep en geft gezellige waarmte."
Ik ' ben misschain wat ollerwets, ik moak nog kruudoorns in, moak zulf zuurkool en eentjeboon in 't vat en zukswat. Wie redden ons best van mien toentje.
We lopen nog even het oude huis rond. De geit heeft veel werk om het erf kaal te houden. Het "toentje" ligt er vriendelijk bij. Al e mogelijke, groenten heeft Ede op gewas, de een wat florissanter dan de ander, "der zit wel eens wat vreterij in." De oude boerderij aan de hoofdweg in Nieuw Beerta zal zeer waarschijnlijk worden afgebroken, maar zal voort blijven bestaan op de hoes van Ede's plaat, een vergankelijk monument.
De plaat "Mien toentje", een onvergankelijk monument van goed Gronings taalgebruik, om met Ede's laatste nummer te spreken "Zo mouve 't holn".

terug naar Ede Staal

Deze pagina is bijgewerkt op