3 februari 2007
Dagblad van het Noorden op het web
I N T E R V I E W . GRONINGER BLUEGRASSBAND
DE STROATKLINKERS MOET VERDER
ZONDER VIRTUOZE JOHANNA'Ik word blij van het geluid
van de banjo'Door Ellis van Wees
De Groninger bluegrassband De Stroatklinkers moet het voortaan zonder banjospeelster Johanna van der Veen-Hamstra stellen. Onlangs heeft ze met pijn in haar hart afscheid genomen van haar vier mannen. Zij vertelt dat zij 'groot is geworden in de band'.
Het is mooi geweest, vindt Johanna van der Veen-Hamstra (25). Ze was nog maar 17 toen haar werd gevraagd banjo te komen spelen bij de Groninger band De Stroatklinkers. Nu is ze 25 jaar en het is tijd voor iets anders. "Ik wil mijn handen vrij hebben om te doen en te laten wat ik wil. Niet meer elke week spelen of repeteren, maar ook eens op stap gaan met vrienden van mijn eigen leeftijd."
De banjo hangt ze zeker niet in de wilgen. Nog steeds vindt ze haar instrument het mooiste dat er is. "Het is een passie, ik word blij van het geluid van de banjo. Het is helder en opzwepend. Moet je eens horen!" zegt zij stralend. Zij pakt haar banjo, die in een hoek staat en brengt een paar noten ten gehore.
Als tiener werd zij gegrepen door de bluegrassmuziek. "Vrienden van mijn leeftijd vonden dat maar raar. Voor mij was het eigenlijk heel normaal. Mijn vader is gek van alles wat met blue-grass te maken heeft. Ik ben ermee opgegroeid. Tot mijn vijftiende wilde ik er niets van weten. Dat veranderde toen ik de banjo ontdekte."
Johanna heeft allerlei plannen. Een ervan is samen met de Friese troubadour Gurbe Douwstra en zangeres Gerbrich van Dekken op te treden. Wellicht is het toch haar Friese-Ierse bloed dat trekt? "Dat zou best kunnen. Ik heb een Ierse moeder en een Friese vader en ben in Friesland opgegroeid."
Bij De Stroatklinkers leerde zij de Groninger taal kennen. "Wij hebben een cd opgenomen met liedjes van Ede Staal en dat vind ik prachtige muziek. As t boeten störmt, is één van mijn favoriete liedjes. Maar ook het nummer Het dut mie goud is heel mooi."
Het Groninger land heeft Johanna op haar duimpje leren kennen. Soms vraagt zij zich wel eens af, waar zij niet is geweest. Het Zielhoes bij Noordpolderzijl is één van de plekken die indruk op haar heeft gemaakt. "Wij traden daar de afgelopen jaren altijd met Pasen op. Dat was echt te gek. Een geweldige sfeer. Het publiek was enorm enthousiast. Ik zie dan bijvoorbeeld een vrouw een traantje wegpinken. Je raakt dan iemand en daar doe ik het voor."
Johanna heeft met de band niet alleen Groningen leren kennen. Samen met de mannen van De Stroatklinkers is zij ook afgereisd naar het buitenland. "Wij zijn in Duitsland geweest en speelden op een internationaal countryfestival in Litouwen. Dat was een heel avontuur."
Voor de mannen van De Stroatklinkers was het wel even schrikken toen Johanna aankondigde dat zij vertrok. Want wat moet de band zonder Johanna? "Gelukkig is er een plaatsvervanger voor mij", zegt Johanna. "En niet zomaar één. Een van de oprichters van de band, Adrian Farmer, is teruggekeerd uit Engeland. Hij speelde tot 1998 bij De Stroatklinkers. Ik kwam voor hem in de plaats. De band van vroeger is nu weer compleet. De cirkel is rond en daar ben ik blij om."