Dagblad van het Noorden op het web

Jan Klönne met beide
benen op de grond

Toen hij vier jaar geleden zijn eerste Groningstalige cd presenteerde zei hij nog: ik ben een dromer, laat me af en toe eens lekker wegvliegen. Nu zijn tweede volwaardige plaat op komst is, zegt hij dit soort dingen niet meer. Niet dat de Winschoter zanger het dromen verleerd heeft. Maar hij staat nu naar eigen zeggen meer in de realiteit. Hij heeft het echte leven beter leren kennen. ''Ik was een dromer, zag overal de zonnige kant van in. Maar nu sta ik met beide benen stevig op de grond. Dat leer je wel als je een paar keer op je bek gaat.''

Door Pieter Broesder

Jan Klönne is er de man niet naar om te klagen. Stilzitten kan de Winschoter artiest ook niet. Hij dook de studio weer in om een nieuwe plaat op te nemen met liefst veertien nummers. Tijdens de presentatie op de avond van vrijdag 27 september pakt de 34-jarige thuiszorgmedewerker flink uit. Hij heeft de theaterzaal van De Klinker in Winschoten afgehuurd en honderden uitnodigingen verstuurd. En dit keer staat hij niet alleen op de planken. Hij is voor de muzikale begeleiding dit keer niet afhankelijk van een geluidsband. De vier muzikanten die hem bij het opnemen van zijn cd hebben begeleid, assisteren hem ook in het theater. ''Ik heb ze in de studio leren kennen en het klikte onmiddellijk. Samen wagen we de stap naar het podium.''
En dat is niet alles. Er zijn achtergrondzangers en fluitiste Harmien Bugel is er met een gastoptreden. ''Het werd tijd. Ik ben er klaar voor. En als het dan zover is, moet je ook flink uitpakken en het publiek wat moois bieden'', meent de zanger, die vol zelfvertrouwen is. ''De vorige keer stond ik in De Klinker in de kleinere zaal en die zat propvol. Daarom durf ik nu de sprong naar de theaterzaal te maken.'' En wat volgt? Poptempel De Oosterpoort in Groningen? Een tournee langs alle zalen in het Noorden? "'Eerst maar eens afwachten wat De Klinker doet. Vergeet niet: dergelijke optredens kosten ontzettend veel geld.'' Maar de artiest bekent: een zaal als De Oosterpoort trekt, dat is zeker. ''Tuurlijk. Maar om in de kleine zaal van De Oosterpoort te kunnen zingen moest ik drieduizend gulden neertellen. En dat is net even te veel van het goede.''
Het avondvullende programma is Groningstalig. Klönne mag dan tot zijnn zevende in Emmen hebben gewoond, het Gronings is zijn taal. Het ligt hem na aan het hart. Het is de taal van Ede Staal, zijn grote voorbeeld en inspiratiebron. ''Het is schitterend hoe die man in weinig woorden zoveel emoties uit kon drukken. Zijn muziek raakte een snaar.'' Ede was het ook die hem definitief deed besluiten de muziek in te gaan. ''Ede Staal is ook buiten de provinciegrenzen bekend. Dat zijn niet veel artiesten die Gronings zingen. Hij is dan ook niet zomaar een zanger.'' Maar hij mag dan idolaat van Staal zijn, kopiëren wil hij hem niet. ''Dat kan ook niet. Het is de kunst jezelf te blijven. Ik ben Jan Klönne en zing op mijn eigen manier.''

Rebel
Eigenlijk had Klönne vier jaar geleden bij de presentatie van zijn eerste plaat gehoopt op een grote doorbraak. Want dat is wat hem voor ogen staat: landelijk doorbreken met zijn Groningstalige muziek. ''Ik voel me een rebel. Ik weiger in het Nederlands te zingen alleen omdat mensen zeggen dat het beter klinkt. Graag wil ik de rest van het land laten horen dat er ook buiten de Randstad mooie dingen gemaakt worden. Zo'n beetje wat de jongens van Skik uit Drenthe en Normaal uit de Achterhoek doen. Waarom zou Groningen geen artiesten meer kunnen voortbrengen die ook buiten de provinciegrens op waardering kunnen rekenen? Het Gronings is een prachtige taal. Ik kan mijn gevoelens en emoties er beter in uiten dan in het Nederlands. En als je dat over weet te brengen op het publiek, dan spelen dialecten geen rol. Dan maakt het niet uit of je uit het Noorden of uit het Westen komt.''
De Winschoter timmert al geruime tijd aan de weg. In 1993 won hij het NoordNederlandsLiedjesFestival in Groningen. Vorig jaar verscheen zijn single Vrijheid, die hij schreef na de aanslag op het World Trade Center in New York. Verder treedt hij zeker twee keer in de maand ergens op en hij zingt dan behalve in het Gronings ook in het Engels en in het Nederlands werk van verschillende artiesten. Ook zijn eigen werk staat uiteraard op het programma. Daarbij begeleidt hij zichzelf op piano of gitaar. ''Mijn muzikale smaak heeft zich zeker verbreed. Zelf sta ik ook meer open voor verschillende muzieksoorten. Ik hoop dat dat doorwerkt in mijn eigen werk, dat ik wat toegankelijker geworden ben.'' Ook zijn muziekstijl heeft veranderingen ondergaan; die is niet meer onder een noemer te vangen. Stond hij vroeger vooral bekend als 'de Groningse John Denver', nu schuwt hij ook het ruigere en meer swingende werk niet. Rock, gospel, soul, funk en ballads; het is allemaal op de nieuwe cd te horen. De veertien nummers zijn op vier na door de Winschoter zelf geschreven. Inspiratie haalt hij uit het dagelijks leven. Toch pakt hij niet elke dag de pen ter hand om aan zijn liedjes te werken. ''Ik laat de dingen op me afkomen. Op mijn eigen manier en in mijn eigen tempo verwerk ik alles in mijn teksten. ''

In Luuk Houwing uit Nieuwe Pekela, onderwijzer en Grunneger schriever, heeft hij een prima begeleider. Houwing zorgt voor de 'taalbewaking', hij let op of de teksten in goed Gronings zijn geschreven. ''Tegenwoordig doet iedereen maar wat. Als het maar rijmt of lekker bekt. Verschrikkelijk. 't Is vaak niet om aan te horen'', meent Houwing, die als voorzitter van de Grunneger Schrieversbond enig recht van spreken mag hebben.

terug naar Jan Klönne

Deze pagina is bijgewerkt op