Nederlands Dagblad


Ede Staal / Ede's Toal

DOOR HERMAN VEENHOF

Minstens vijftien jaar moet ik hem in huis hebben. Minstens tien jaar heb ik hem niet gedraaid. De elpee Mien Toentje van Ede Staal. Voorop een kast van een Groninger boerderij onder een strakblauwe lucht. Achterop een foto van de zanger en schrijver, in zwartwit en een beetje vaag, zoals het hoort bij iemand die al bijna zestien jaar dood is.
Hij is genomen tijdens het Grunneger Laidjesfestival 1984. Ede Staal trad toen voor het eerst op. Hij zong Credo - Mien Bestoan, terwijl zijn ene long al was aangetast door kanker. Een zelfportret op termijn. Woarum zo jong, zo gauw? De plaat heeft twaalf nummers en aan Mien Toentje heb ik een grondige hekel. Het is best een leuk liedje met de zelfspot van een gaardenier zonder veel talent. maar het is zo vaak gedraaid op de Hollandse radio dat het nou net de vanuit de Randstad aan Groningen toegedachte aspecten vertegenwoordig die Ede Staal ontsteeg: het knauwerige, parochiale, licht ontvlambare, onbeholpene, zelfbeklagende Eemshaven-zonder-subsidie-achtige. De chansonnier van de Farmsumerweg was precies het tegenovergestelde: mild, ironisch en gezegend met een stem en idioom die in Groningen zuidvruchten zouden doen groeien.
Van de andere nummers krijg ik al snel kippenvel. Ik houd mijzelf voor dat het komt door het raam dat openstaat en doorgang geeft aan de heldere, koude avondlucht. Maar ik weet wel beter. Het is ontroering. Kippenvel uit de jaren tachtig. Mijn favoriet is t Twijde Perron, een drieluik over de gemoederen van mensen die weggaan of aankomen op het Groninger Hoofdstation - zeg nooit Centraal. De titel staat voor de rit naar de Randstad. In het nummer zit alles wat Groningers voelen en nooit zullen kunnen zeggen. Hoe komt dat toch, dat kippenvel, die stroomstoot bij het tremolo in de titel van die andere geweldige song t Hoogela-and? Ik ben helemaal geen Groninger, ik heb alleen zes jaar in Stad gewoond en zou er liever gisteren dan vandaag weer naar terug gaan. Da's alles. Om nog eens de zoete bieten-winterdamp te ruiken van de Suikerunie, om nog eens een tikje aangeschoten door de Nieuwe Ebbingestraat te fietsen, nog eens achter een winkelende familie uit Veendam aan te lopen om hun dialect te doorgronden, nog eens te lopen langs het Reitdiep, nog eens te stuiten op een gehucht met de naam Kleine Huisjes, nog eens....

Oké, genoeg! Teveel mythevorining al rond Ede Staal. De 'Groningse Jacques Brel'? Typisch krantentaal. De Nederlander wil kunnen vergelijken, ijken. Maar Brel was een Franstalige Belg die alleen leven kon op de planken en het theatrale vakkundig uitmat. En Ede Staal was een leraar op de middenschool in Woldendorp, die ze het toneel op moesten duwen anders had-ie er nimmer gestaan.
Of zijn ze er toch, die overeenkomsten? Beiden waren lastig als het om hun teksten en muziek ging. Pianist Henk Bemboom kreeg in de RVU-documentaire van 1996 nog een punthoofd van Ede's perfectionisme. Beiden stierven als veertigers, beiden aan longkanker.
Geen mythevorming, zeggen Klaas Staal en Fieke Spoel. Edes naamgenoot (geen familie) heeft een drukkerij in Veendam. Zij is Ede Staals weduwe en beheert Mollebone Music die de platen en cd's van Ede uitgeeft. Staalboek plande een biografie, maar de familie wil niet meewerken. Fieke Spoel: "Ik ben er nog niet zo aan toe. Ons jongste kind is nu pas dertien, het lijkt me beter als hij wat volwassener is. En Edes zus en broer willen ook niet. Er zijn geen verschrikkelijke geheimen, maar ieder heeft recht op zijn privacy."
Zij heeft een sterk argument, als iets haar niet zint, maar vreemd genoeg wordt dat vooral door anderen gebruikt: Ede zou dit nooit gewild hebben.Wacht nog maar een jaar of tien, twintig met die biografie", liet ze het Nieuwsblad van het Noorden begin dit jaar weten.
Maar Henk van Middelaar, de RVU-televisiemaker uit Nijkerkerveen, staat al jaren in de startblokken. Hij doet momenteel onderzoek, met subsidie van het Fonds voor Bijzondere Journalistieke Projecten. De tijdsdruk is weg, dat is waar..De biografie met als werktitel Geef mie die nacht... kan niet meer verschijnen in het jaar waarin monument en tentoonstelling een golf aandacht voor Ede genereren. Maar eens komt hij er.

't Hogelaand

't Is de lucht achter Oethoezen,
't Is 't torentje van Spiek,
't Is de weg van Lains noar Klooster,
En deur Westpolder langs de diek.

't Binnen, de meulens en de moaren,
't Binnen de kerken en de börgen,
't Is 't laand woar ik as kind,
Nog niks begreep van pien of zörgen.

Dis mien laand, mien Hogelaand...
't Is 'n doevetil, 'n dörpsstroat,
't Is 'n olde bakkerij,
't Binnen de grote boerenploatsen,
Van Waarvum, Oskerd, zo noar Mij.

't Is de waait, 't is de hoaver,
't is 't koolzoad in de blui,
't Is de horizon bie Roanum,
Vlak noa 'n dunderbui.

Dat is mien laand. mien Hogelaand...
't Is 'n oavend in maai,
n Kou houst doeknekt in 't gruinlaand,
Ik heb veur d' eerste moal verkeren,
En veut de vonken van dien haand.

De wilde plannen dij ik haar,
Komt sikkom niks meer van terecht
Totdat de nacht van 't Hogelaand,
n Donker klaid over ons legt,

dat is mien laand, mien Hogelaand...

Van Middelaar en Fieke Spoel benadrukken dat ze als personen best met elkaar door een deur kunnen. Maar zijn weduwe kende hem nooit als kind en zonder de herinneringen aan de jeugd in Leens van zijn broer en zus, zonder medewerking van Fieke en Edes zes zoons (Hanno, Jeroen, Martijn, Elwin, Jelger en Jasper) komt hij niet aan het materiaal dat hij nodig heeft.

Ede Ulfert Staal werd geboren op 2 augustus 1941 in Warffum. Zijn vader Boele Staal was werkzaam in het onderwijs, verhuisde al snel met zijn gezin naar Leens. Een cultureel ontwikkelde man, die gedichten schreef en vioolles gaf. Maar ook een NSB'er. "Het was een soort idealisme dat hem dreef, geen verlangen naar macht en een pet. In de oorlog kwam hij erachter hoezeer hij verkeerd had gekozen, maar toen was het al te laat Hij moest ermee doorgaan", zegt Henk van Middelaar.
Boele Staal werd na de oorlog aanvankelijk terdoodveroordeeld, maar zijn vonnis werd omgezet in twaalf jaar gevangenisstraf Voor de kinderen moet dit een trauma zijn geweest, vooral omdat ze wel van hun vader hielden. "Hij was niet alleen maar NSB'er", zegt Fieke Spoel. "Je houdt toch van je vader, al misdoet hij veel."
Van Middelaar denkt dat dit 'pijnlijke punt' de oorzaak is van de geringe animo bij de familie voor een biografie van Ede Staal. In zijn tv-documentaire stipt zoon Jeroen het aan. Hij is ervan overtuigd dat het wel degelijk een grote impact had op zijn vader. Daarmee heeft hij de rest van de familie behoorlijk tegen de haren in gestreken", zegt Klaas Staal.
Oudere inwoners van Leens praten net zoals Ede Staal zelf 'op afbetoaling'. Ja, ja, misschain wol, zegt iemand, over die impact. Volgens Edes weduwe is dat niet de doorslaggevende reden. "De feiten lagen al op straat, er is verder niets. Wij kunnen niemand verbieden toch een boek te schrijven. Maar we zijn wel vrij om er niet aan mee te werken." Van Middelaar weet nog niet wat hij doet als het zo blijft.
Ede Staal doorliep de HBS, dook onder in het uitgaansleven van Stad, studeerde Engels en was leraar op een aantal scholen. Er zijn maar weinig plaatsen in Noord-Groningen waar hij niet woonde. De namen ruiken naar veen, armoede en stilte. Nieuw Beerta, Nieuw Statenzijl, Kibbelgaaren. Hij bleef Hogelaander, schoof alleen op van west naar zeer oost: hij was een nomade binnen zijn provincie. Hij schreef daarnaast teksten voor STER-reclames en bracht in 1976 het singletje uit met het geestige Geef mie din blues ('krieg t koordje nait lös'), later onnavolgbaar live op plaat verschenen.

Er gebeurde niets. Ede Staal was de laatste die kon worden ingepalmd door platenbazen. Hij was er niet alleen te bescheiden voor, maar ook te integer en vooral te koppig. In 1982 'ontdekte' Engbert Gruben van Radio Noord hem. Er kwamen twee albums, Mien Toentje uit 1984 en As Vaaier Woorden, uitgebracht in de nazomer van 1986, luttele weken na Edes dood.
In 1996 kwam er analoog aan de documentaire van Van Middelaar een dubbel-cd uit. Hear my Song - As t boeten störmt. Dat betrof huiskameropnamen waarin rijp en groen in allerlei talen door elkaar staan, want Ede maakte ook liedjes in het Frans, Engels, Duits en Deens. Maar zoals hij was, zou hij dat nooit zomaar op een cd hebben gezet. De elpees verkochten in het noorden als een trein. Maar de kankercellen woekerden al toen hij bekend werd.
Ede Staal - Ede's Toal. Zuzooien ('schommelen') op zundagmörn, de cursiefjes op de enige zender waar hij tot zijn recht kwam, liepen van december 1985 tot mei van het jaar daarop. De laatste werd twee maanden voor zijn dood opgenomen. Die kwam op 22 juli 1986. Ede Staal ligt begraven in Delfzijl, onder een kleine, liggende zerk.
Het monument dan? Al maanden wordt er gesteggeld rond een kunstwerk van Chris Verbeek uit Blijham, dat in Delfzijl op de zeedijk bij het Eemshotel moet komen. Het ontwerp laat een acht meter hoge stalen zuil zien, omwikkeld met een roestvrijstalen 'lint' met daarop de tekst van Credo - Mien Bestoan. Erbovenop moet een glazen bol komen als symbool voor het licht dat Ede was. En dat vinden veel Groningers nou net over de top.
"Het staat ver van me af. Maar als ze het mij zouden hebben gevraagd. nou nee", zegt Fieke Spoel. Geld leek een probleem. Het ding kost 108.000 gulden en begin dit jaar was er pas een kleine veertig mille opgehaald. De gemeente Delfzijl leek niet te scheutig, de lokale PvdA was verdeeld. Maar alles is opgelost, meldt W.B. van der Steeg van de dienst culturele zaken van Delfzijl. De gemeente gaf elf mille, sponsors en particulieren de rest, een ton is binnen. In het najaar wordt het monument onthuld.
WEBSITE: WWW.CPEDU.RUG.NL/GRONINCEN/EDE
EXPOSITIE ODE AAN EDE, BORG VERHILDERSUM, LEENS, TOT 26 NOVEMBER, OPEN DI-ZA 10.30-17 UUR. ENTREE 7,50

terug naar Ede Staal

Deze pagina is bijgewerkt op