FRIESLAND POST

maart 2008

Piter in Plaatjes

Verstrippen noemt hij het zelf en het lijkt zo simpel. Je neemt een liedje en zet dat om in een stripverhaal. Charles van den Broek deed het al tijdens zijn puberjaren, in de schoolbanken, om indruk te maken op Helga, het meisje van zijn dromen. Hij verstripte Kalverliefde van Robert Long. Tevergeefs, want het hofmaken van Helga liep uit op een fiasco. Maar inmiddels heeft de tekenaar uit Maarssen wel drie liedjesboeken in stripvorm op zijn naam staan en binnenkort verschijnt zijn vierde, gebaseerd op twintig songs van Piter Wilkens.

Eigen teksten
‘Ik wist niet eens dat Piter Wilkens bestond,’ bekent de tekenaar. ‘Maar mijn uitgever wel en die was onder de indruk van zijn werk.’ Die uitgever is Robin Logjes. Hij geeft aan dat vooral de manier waarop Wilkens zingt hem aanspreekt. ‘Bovendien spreekt Piter een breed publiek aan. Jong en oud, kent zijn liedjes. Belangrijk is ook dat hij zijn eigen teksten schrijft.’
De liedjes van Piter zijn over het algemeen wel makkelijk in beelden om te zetten, vindt Van den Broek. ‘Ik moet alleen oppassen dat ik me als Hollander niet vergis in de betekenis van sommige Friese woorden. Neem nou het woord "bliuwe". Ik zou dat fonetisch gezien uitleggen als "blauwe", maar het betekent "blijven". Ik moet een liedje wel eerst goed op mij laten inwerken. Ik laat me ook inspireren door plekken en personen die Piter aanwijst.’ In enkele strips speelt Piter zelf een rol, omdat die een enigszins autobiografisch karakter hebben.

Ritme
Van den Broek maakte eerder ook al stripboeken gebaseerd op liedjes van Robert Long, de Groningse volkszanger Ede Staal en Cornelis Vreeswijk. ‘Het knappe van Charles is dat hij ook het ritme van de liedjes in de strips weet over te zetten,’ vertelt uitgever Logjes. Een strippagina bestaat vaak uit drie of vier stroken. Bij een lange zin bestrijkt het plaatje bijvoorbeeld een hele strook. Volgen daarna een paar korte zinnen dan tekent Van den Broek drie, vier, vijf plaatjes op een strook. ‘Veronica, een liedje van Cornelis Vreeswijk, vertelt eigenlijk geen verhaal, maar beschrijft meer een gevoel. Daar heb ik een tekening in een tekening van gemaakt.’
Bij het stripboek over Wilkens’ liedjes zit ook een cd ingesloten met de nummers die zijn verstript. Tip van Logjes: luister naar de muziek terwijl je de strip leest. Het boek wordt op 21 maart gepresenteerd in de Harmonie in Leeuwarden.

‘Hiele ear’
Piter Wilkens is in zijn nopjes met het initiatief. ‘Dat in Hollânske útjouwerij my útkiest om nűmer fjouwer yn de rige ‘getekend’ te wurden, fernuveret mei bot,’ reageert hij. ‘Sa wurd ik, terjochte of net, samar yn it rychje Robert Long, Ede Staal en Cornelis Vreeswijk pleatst. Dęr bin ik fansels tige wiis mei. It is in hiele ear, in behoarlik stik erkenning.’
Hij heeft zijn drie voorgangers altijd bewonderd. ‘As sjonger en lietsjesskriuwer fan in jongere generaasje bin ik ek troch harren beynfloede. Long, Staal en Vreeswijk hawwe gemien dat se net âld wurden binne. Foaral Vreeswijk liet in gigantysk oeuvre nei en waard mar 50. Dy leeftyd ha ik no ek sawat, mar ik ha noch altyd it gevoel dat ik oan it begjin stean. Ek hiel apart is it om te sjen wat Charles de tekener yn myn teksten sjocht en der oan ta heakket. Sa krije de ferskes wer in ekstra laachje.’

TEKST: PETER DE WIT

terug naar de Piter Wilkens

Deze pagina is bijgewerkt op