DE SCHELDEBODE

Advertentieblad voor Walcheren

ENGEL REINHOUDT'S NIEUWE CD: 'BEL-BEL 'T IS TOCH VRÊÊD'

'Het simpele geluk van alledag
in een liedje'

S-HEERENHOEK - Een bekende spreuk leert ons 'De Zeeuwse taele is d'n mooisten van allemaele'. Engel Reinhoudt is een Zeeuw die op eigen wijze deze spreuk vertolkt. Van het begin van de jaren zeventig is hij onderweg met zijn repertoire van liedjes in het Zeeuws. "Ik zing liedjes over vroeger, vandaag en morgen en gebruik daarbij de taal die we geleerd zijn en dagelijks gebruiken", zegt Engel, "ik put uit familieverhalen, mijn eigen levenservaring en berichten uit de samenleving. De onderwerpen lopen uiteen van 'Jantje de Prentenknipper' een historie uit de vorige eeuw, tot 'Vremd Volk', het huidige vluchtelingenprobleem. De teksten maak ik zelf en zoek er dan een melodietje bij dat ik met een paar accoorden op de gitaar kan zingen. Voor meer begeleiding werk ik samen met de groep Ambras, zoals op de nieuwe CD 'Belbel 't is toch vreed'. In mijn liedjes probeer ik gewoon het simpele geluk van alledag te verwoorden, want een mens heeft altijd reden om dankbaar te wezen."

In zijn huis in de Werrilaan getuigt de woonkamer van zijn liefde voor het Zeeuwse land en cultuur. De boekenkast is gevuld met boeken die over Zeeuwse onderwerpen gaan en een afgeplatte, grillige boomstronk van Omer Gelliet siert de wand.

Engel Reinhoudt (1946) kreeg in zijn jeugd op zijn geboortedorp Wolphaartsdijk onbewust de eerste herinneringen mee voor zijn liedjesteksten: "In de vakantie waren we in 1973 aan de Vlaamse kust, in Knokke. Willem Vermandere trad daar op en die zong van 'Blanche en zien paerd', een liedje over een voerman die dagelijks van Kortrijk naar Louwe reed. Wij hadden op het Wolphaartsdijk ook zo'n vrachtrijder, die reed met kar en paard naar Goes. Moest je een boodschap hebben uit de stad, dan bracht hij die mee. Voor bruiloften en partijen schreef ik zo links en rechts eens een rijmpje en versje. In het Zeeuws dialect en meestal met een komische strekking. Toen ik Willem Vermandere bezig zag dacht ik, het is toch in wezen een eigen taal, die kan anders benut worden. Je maakt dan een paar liedjes en die zong ik bij gelegenheid hier en daar eens. Op school had ik altijd in een cabaretgroep gezeten, maar dat gaat op den duur uit elkaar en zo ben ik zelf weer begonnen. In het natte najaar 1974, we woonden achteraf in de polder bij Wolphaartsdijk, kreeg vader de 'petaoten' niet van het land en alle hulp was welkom. Toen was daar ook Gerard C. van Loo om te helpen. Hij was goed bekend met Vermandere en ik vertelde zo tegen hem ik maak ook wel eens wat. Ik moest wat laten zien en horen en zo kwam ik in de Veerse Meer Gids te staan. Nog maar net was die uit, of daar belde al een man uit Domburg 'of ik eens wilde komen zingen'. Zo ging dat door, van mond tot mond, en dat is langzamerhand uitgegroeid tot vrijetijdsbesteding. De optredens zijn tamelijk beperkt, op verenigingsavondjes, bij een Oranjecomité, gewoon leuk, gezellig."

Van beroep is Engel Reinhoudt onderwijzer: "Ik zat nog op de Kweekschool, tegenwoordig heet dat PA, de Pedagogische Academie. Ik werd jeugdwerkleider in het Jeugd/Jongerenwerk en belandde zo in het jeugdvormingswerk in Goes. Dat is later uitgelopen in het Regionaal Educatief Centrum. Tegenwoordig zit ik weer in het onderwijs; niet voor klas, maar een kantoorbaan. In 1974 ben ik met optreden begonnen. Doorgaans alleen en in groter verband met muzikale begeleiding van de Zeeuws-Vlaamse groep Ambras. Dat kleden we dan samen aan. Ik zorg voor de melodie en Ambras doet de rest. En daar komen soms wondermooie melodietjes uit. De teksten maak ik zelf en dan put je uit wat je zelf weet. Aan het dagelijks gebeuren kun je je soms storen of ergeren en dat kan aanleiding zijn tot het maken van een lied. Je kunt een aantal zaken signaleren en daar de gek mee houden.

Zo was er vorig jaar een intiem contact met Internet en daar raakte iemand per fax zwanger van en kreeg een aan deze tijd aangepast kind. Een chip in de neus voor de Burgerlijke stand, een gleuf ter hoogte van het hart om de betaalkaart in te steken. Onderaan de rug zaten drie gleuven om het afval gescheiden af te voeren. Mijn repertoire bevat nu ongeveer honderd liedjes. Het eerste liedje ging over een oud vrouwtje dat 's middags voor in de kerk zat terwijl er over Zacheus de tollenaar verteld werd. Het vrouwtje, dat het verhaal al vaak gehoord had, zat te knikkebollen. En zo tussen waken en dromen zag ze het hele tafereel op het dorp voor zich, waarbij zij in haar huisje een rol speelde. Later maakte ik een lied over paarden die door machines vervangen werden en dat nu alleen de gegoede burgerij het zich nog kon permitteren om paard te rijden."

'Vremd volk'
"Op de cd 'Bel-bel 't is toch vreed' die nu is uitgekomen zijn de onderwerpen qua harmonie en sfeer wat op elkaar afgestemd. 'Het Polderland' heb ik gemaakt naar aanleiding van een wandeling door de polder op een stille herfstmorgen. Het was overal zo stil, dat je denkt 'gaat het wel goed hier'. Dat probeer je in woorden vast te leggen. Een ander liedje gaat over 'De Kerdoenze', waar je vroeger als kind mee gedreigd werd. De kerdoenze, een afgrijselijk strafwerktuig, bestond overigens alleen in de verbeelding. Dreiging en bijgeloof moesten helpen om kinderen op het rechte pad te houden. Het woord komt van cordon, soldaten op een rij die een gestrafte soldaat moesten bewerken terwijl hij door de rijen liep. Een ander onderwerp in dat liedje, lelijke gezichten trekken. Als de klok dan sloeg, bleef je gezicht voor altijd zo staan. Oppassen en je fatsoen houden. Op het schijfje staat ook het liedje 'Vremd Volk', waarmee we een landelijke wedstrijd gewonnen hebben. En je krijgt reactie's op je liedjes. Van de week belde er een mevrouw uit Kapelle op om te bedanken voor dat ene liedje, 'Minivrede'. 'Dat vin'k toch zo mooi', zei ze".

Bel-bel
'Belbel 't is toch vreed' is een uitdrukking van ergernis, maar ook van verbazing en verwondering. Een uitroep, die nog al eens gebruikt kan worden, want er is zo veel om zo te reageren. Gelukkig maar, het is de bron van verzen zoals deze vijftien op de cd. Liedjes in het Zeeuws dialect, de eigen taal van de Zeeuwen. Vertolker Engel Reinhoudt vraagt zich af: "Zouden er nu ook oude liedjes van vroeger in het Zeeuws bestaan? Van Ambras weet ik, dat die er in Zeeuws-Vlaanderen wel zijn. Graag zou ik eens willen weten of dat hier ook bestaat. Misschien is er iemand die ze nog kent of heeft. Dan zou ik op mijn beurt kunnen zeggen: 'Belbel 't is toch vreed'."

terug naar Engel Reinhoudt

Deze pagina is bijgewerkt op