De Stentor op het web

Festival te duur voor live-uitzending

Hunkeren naar de echtheid van streekmuziek

Door JINKE HESTERMAN

Hebben de regionale publieke omroepen een uitgelezen kans om hun bestaansrecht dubbel en dwars te bewijzen, ontbreekt het geld voor een aantrekkelijk live uitzending. Op tv en de radio is over een week slechts een registratie te zien van het streeksongfestival dat vanavond vanaf acht uur in de Evenementenhal Hardenberg wordt gehouden.

Initiatiefnemer Willy Oosterhuis, programmamaker van RTV-Oost, reageert met het voor oostelijk Nederland zo karakteristieke 'kump wè'. Het streeksongfestival wordt dit jaar voor het eerst gehouden. Het staat volgens hem nog in de kinderschoenen. "Als het aanslaat, dan krijgt het vanzelf z'n plek. Op een gegeven moment valt het dubbeltje. De erkenning is er al. Men heeft in de gaten dat er iets gaande is."
Het festival telt twaalf deelnemers uit Overijssel, Gelderland, Drente en Groningen. De amateurmusici zingen allen in hun eigen Nedersaksische taal. De meesten komen met een nieuw liedje, speciaal voor deze gelegenheid geschreven. Een enkeling zingt een nummer van een onlangs uitgebrachte cd.
Alle deelnemers zijn voorgedragen door de regionale omroepen uit deze provincies. Omroep Gelderland zendt een registratie van het festival uit op zaterdag 27 maart vanaf 20.00 uur, met een herhaling op zondag eveneens om 20.00 uur. RTV-Oost knipt het festival in drieën; het eerste deel wordt eveneens op de 27e uitgezonden, om 18.27 uur. Het tweede deel volgt dinsdag 30 maart om 18.21 uur, daarna wordt vanaf 21.21 uur een compilatie inclusief de jurering wordt uitgezonden.

Aanslag
Een live-uitzending zou een te grote aanslag plegen op de begroting van de regionale omroepen, legt directeur Henny Everts van RTV-Oost uit. "Alleen al het aanleggen van een straalverbinding kost zo'n dertigduizend gulden", schetst hij de financiële consequenties. Het blijkt een onoverkomelijke uitgave, ook al zijn er vier regionale omroepen betrokken bij de organisatie van het festival.
Willy Oosterhuis is niettemin dik tevreden met de aandacht die het festival in de media krijgt. Hij trof eerder deze week in de Hilversumse studio tot zijn eigen verrassing een geïnteresseerde Dieuwertje Blok van het programma'Ontbijt TV'. "Er zijn twee valkuilen", realiseert hij zich. "Of ze nemen het hele festival niet serieus en doen het af met de reactie: 'Daar heb je die boeren weer'. Of ze nemen mij niet serieus en benaderen me als een karikatuur van het platteland." Geen van beide bleek het geval.
Het streeksongfestival heeft de omstandigheden mee. Het vorige week gehouden Nationaal Songfestival was in veler ogen een aanfluiting. Niet alleen waren alle liedjes in het Engels en ontbrak het aan een behoorlijke muzikale begeleiding, sommige deelnemers bleken niet eens te kunnen zingen. De twee meisjes van Double Date bijvoorbeeld stonden voor de tweede keer in hun leven op het podium. Oosterhuis: "Dat is de ultieme vorm van verraad aan alles wat ons lief is. Het Nationaal Songfestival verloedert' Tachtig procent van wat ik gezien heb was bagger. Het is in de klauwen geraakt van het grote geld. Er worden alleen nog maar concessies gedaan. Terwijl we fantastische artiesten hebben. Maar wat zien we: vier jonge gecultiveerde straatschoffies in het harnas van een manager. De pasjes zijn ingestudeerd en ze zingen zoals de ander gebekt is."

Rotzooi
Na zoveel "rotzooi" hunkert het publiek naar echtheid en eerlijkheid, meent Oosterhuis. Door groepen en zangers uit te nodigen die zichzelf nog niet hebben verlwanseld, hoopt de in Heeten geboren radiopresentator - bij RTV-Oost verzorgt hij onder meer het in streektaal gesproken programma 'Regiotap'- aan te tonen dat de eigen cultuur de moeite waard is.
Deelnemen aan het festival is volgens hem belangrijker dan winnen en de groepen die naar Hardenberg komen, denken er net zo over, weet hij. "Ik heb ze beloofd dat ze naast artiesten komen te staan waarvoor ze zich niet hoeven te schamen." Hij noemt de namen: Jan Ottink en de Hemel uit Lochem, Henry Welling uit Zeddam, Kas Bendjen uit Vorden, Mooi wark uit Schoonoord, Jammer en Titt'n uit de omgeving van Ruinerwold, Sijtse Scheringa uit Niehove, Hail Gewoon uit Lottersum, Stroatklinkers uit Harkstede, Ilonka uit Deventer, Drapes uit Hengelo, en Hoofdstroate uit Enschede.
Zijn de deelnemers dit jaar nog aangewezen door de regionale omroepen, voor volgend jaar denkt Willy Oosterhuis aan provinciale voorronden met een finale waarin een of twee winnaars uit de vier provincies het tegen elkaar opnemen.

"Het festival is een vorm", zegt hij. "Het is een mooie formule die het optreden wat spannender maakt. Maar we willen vooral een podium bieden voor muziekcultuur. Iedereen heeft recht op zijn eigen cultuur. Je hoeft je afkomst niet te verloochenen. Wees trots op wie je bent en vergeet niet waar je vandaan komt. Want als je je eigen identiteit niet serieus neemt, raak je de weg kwijt", luidt zijn boodschap.

Dit artikel verscheen in het Deventer Dagblad
terug naar Streek Songfestival

Deze pagina is bijgewerkt op