7 mei 2010
Eindhovens Dagblad op het web
'Ik wil echt zijn, zonder opsmuk'
Je neemt je voor om het vooral niet over voetbal te hebben. Want oud-PSV-er Björn van der Doelen mag serieus genomen worden als muzikant. Maar bij hem op tafel ligt de krant met juichend rood van FC Twente, een club waar hij ook bij speelde. Dus ontkomen we niet aan 's mans verleden. Maar Van der Doelen toont aan dat er leven is na het voetbal. Met zijn nieuwe album laat hij horen dat hij serieus genomen moet worden als zanger en songschrijver.
door Peter Borgers
'D'n duvel die slaapt nooit' wordt uitgebracht onder de groepsnaam Allez Soldaat. Want ja, al die belangstelling voor de voetballer is leuk, maar toch vaak gericht op andere dingen dan muziek. En muziek, die moet centraal staan bij Van der Doelen.
"Mijn voetbalverleden is natuurlijk deel van me. Soms is het handig, het maakt het interessant voor mensen. Maar andere keren is het een nadeel. Ik moet vaak scepsis overwinnen. Voetballers die muziek gaan maken, dat kán toch niks zijn. Er zijn weinig voorbeelden van en die waren altijd om je dood te schamen."
Björn van der Doelen is van een ander slag. Alleen al omdat hij nummers schrijft die recht uit het hart komen en die net zo donker en puur zijn als een kumke koffie aan de keukentafel. "Mijn nummers zijn heel persoonlijk, ik ga echt met de billen bloot. Ik heb maar een streven: ik wil echt zijn, zonder opsmuk. Vandaar dat ik in mijn eigen taal zing. Het is geen echt plaatselijk dialect of zo, maar het soort algemeen Brabants dat hier veel gesproken wordt. Een mengelmoes van Eindhovens, Brabants en ABN, zeg maar. Ik ben ooit begonnen in het Engels. Maar dan blijf je steken in filmquotes die lekker bekken en jatwerk. Als je echt je eigen muziek wilt maken, moet je in je eigen taal zingen."
Bijna twee jaar schreef hij nummers voor 'D'n duvel…'. Intussen veranderde zijn begeleidingsband, Ruud van den Boogaard werd gitarist. Nog zo'n liedjesschrijver zonder toegevoegde geur- en smaakstoffen. "Ruud kan heel direct reageren op wat ik schrijf. Als iets hem niet bevalt, zegt ie het. Met hem erbij hebben we gezocht naar een totaalgeluid. Dat groepsgeluid was ook uitgangspunt voor producer Gabriël Peeters. Het album klinkt alsof we in je huiskamer staan te spelen. Open en een tikkie rauw. Ik wil pure muziek maken. Te veel Nederlandse muziek is te bedacht, er wordt duidelijk geprobeerd te klinken als iets bekends. Wat dat betreft kunnen we een voorbeeld nemen aan Belgische muzikanten, die hebben veel meer allemaal een eigen gezicht."
Met 'D'n Duvel die slaapt nooit' schaart Van der Doelen zich in het rijtje Brabantse songschrijvers dat deze contreien steeds meer een eigen identiteit geeft. Dat is geenszins een garantie voor succes en volle zalen. Laat staan volle stadions, die hij als voetballer wel gewend was.
"Natuurlijk was dat kicken. Al die adrenaline van zo'n wedstrijd. Maar zo'n mensenmassa is onpersoonlijk. Ik word nerveuzer van een klein zaaltje, waarbij ik de voorste rij mensen recht in de ogen kan kijken. Het gaat immers om mij en mijn muziek, dat voelt alsof alles op het spel staat. Wat dat betreft geniet ik van mijn andere muzikale rol, als slaggitarist van Denvis and The Real Deal. Dan ben ik deel van de groep en sta ik niet centraal. Maar bij mijn eigen optredens moet ik me helemaal bloot geven. Dan vraag ik me voor aanvang vaak af waarom ik dit in godsnaam doe. Maar ik kan niet anders, dit zit in me en moet eruit." De aard van de Brabander wordt op het album het mooist verklankt in nummers als 'Recht Vooruit' en 'Kruispunt' – waarin Van der Doelen met koffiebruine stem verhaalt over die nooit slapende duvel en de legende van Robert Johnson. "Ik draai niet elke dag de muziek van Robert Johnson. Maar het verhaal van die man sprak me aan, hoe hij zijn ziel aan de duivel verkocht en jong aan zijn einde kwam om dan legendarisch te worden. Prachtig. Maar ik word liever gewoon oud en zie liever mijn kinderen opgroeien."