29 oktober 2007 |
BN DeStem op het web |
Dialectedag feest der herkenning
door Rosé Lokhoff
LEUR - Dialect is wel een beetje van vroeger. Dus als je zo'n 150 man naar het Turfschip op de Leur trekt voor de West Braobaanse Dialectedag, dan moet je niet vreemd opkijken dat het merendeel profiteert van de 65+ korting.
Niks denigrerend, want die 65-plussers weten maar al te goed dat ze soms worden betutteld en misschien een beetje vergeetachtig zijn, totdat ze op de kleinkinderen moeten passen.
Adrie Hoppenbrouwers (al feftig jaor in Rucphen, maor ik blèf un Zundertse) heeft er een prachtig lied over geschreven en dat was gistermiddag een van de hoogtepunten.
Goei Volluk van de Leur begon de middag mee liedjes en veraole met veel humor, zangeres Annelieke Merkx uit Herp was blij dat ze eindelijk eens in West-Brabant was geweest en rasverteller Walter Smeekens uit Rucphen kreeg de bijna volle zaal stil door zijn speciale verhaaltrant. Waarbij hij kappelaone ook best travestieten durft te noemen.
Kaoike en Reuzel, het Ettens-Bavels duo, scoorde met 't Eten is goed in het Brabantse Laand (brooike kèès) en de uitdrukking: ij praot zo plat dakkum af en toe nie zie staon.
De blinde Toine Nooijens uit Etten ('ik hoop dat jullie mij wel zien') ontroerde met zijn 'Ben nooit bang, er is altijd wel iemand die van je houdt' en zo kreeg het publiek van alles un bietje, zoals presentator Peer van de Leur het treffend zei.
Adrie Hoppenbrouwers, de Edith Piaff van West-Brabant, sloot het feest van herkenning af met een pleidooi voor het mooiste Brabantse woord Houdoe. Dat haar woorden kwil gère oud worre, mar ut nie zain, met applaus werden begroet, spreekt vanzelf.