8, Jaargang 2, nummer 4, december 2005
Brabants op het web
Joop van den Bremen
Voor u beluisterd
Diverse artiesten
In Brabant geborre
AMR SSR 355305 / ISBN 9080913030
De dvd rukt op; ook in de streektaalmuziek die zich spiegelt aan de ‘normale’ muziek. Logisch dus dat er een Brabantse muziek-dvd verscheen. De schijf laat simpele presentaties van Brabantse artiesten zien maar ook opstapjes naar de moderne videoclip. En er is nogal wat variatie:
Lya de Haas presenteert zich in zo’n videoclipje. Samen met haar muzikale begeleider Hennie Korsten stort ze zich in een muzikale kermisromance. De gitarist die zijn typerende spel ook laat horen op andere tracks, vervult in Klik een belangrijke rol. Hij komt het meisje (Lya) op de kermis tegen. Samen verdwijnen ze tenslotte in het donker op de fiets uit beeld. Het tweetal tekende overigens ook voor de productie van de dvd.
De Sjawi’s werpen een blik in een voor velen herkenbaar verleden. Anders dan de titel doet vermoeden, is Onderbroekenlol geen platte humor maar een perfecte melange van ironie en stijl. Voor die stijl staat het Wiener Trio borg. Met een uitstekende muzikale invulling wordt het onderwerp, de onderbroek, op een hoog niveau getild.
Annelieke Merx is al langer een van de pilaren waarop de Brabantse dialectmuziek steunt. Hier draagt ze bij aan een typisch stukje religieuze volkscultuur. In De vèldkapèl ondersteunen de kapelletjes van Erp, Bakel en Esdonk de inhoud van haar lied.
Streektaalschrijver en -stimulator Cor Swanenberg beweegt zich samen met zijn muzikale houvast, Henk Verhagen, op interessante plekken. Het Textielmuseum in Tilburg en het Weverijmuseum in Geldrop vormen een uitstekende achtergrond voor hun volkse werklied Haauwt da wiel ont dreije.
D’n Broelie versterkt het stereotype beeld van de Brabander als feestvierder. In het stamcafé in Vorstenbosch laat de groep horen dat Fiste bij iedere gelegenheid past; of het nu kermis, carnaval of een bruiloft is. Accordeonist Jo van Heeswijk speelt in het gezelschap een muzikaal belangrijke rol.
Ook de vijftigste verjaardag van Noud Bongers lijkt voor hem en zijn vriendenkring een uitstekende gelegenheid om een feestje te vieren. Maar de zanger uit Lith plaatst toch wat kanttekeningen bij het optuigen van zijn Abraham. Het lied steekt in een dixielandjasje en geeft 50 jaar daarmee nog extra muzikale kleur.
Marie-Christien Verstraten voelt zich thuis bij muziek. Haar leerlingen, uit groep 1 en 2, voelen zich daarbij ook op hun gemak. De leerlingen uit groep 5 en 6 hebben wat meer moeite met de muzikale vorm van M’n rijke bramenplukkers. Maar ze doen hun stinkende best om het toepasselijke lied tot een goed einde te brengen.
In Toch nog Brabant, uitgevoerd door Henk Habraken en zijn vaste companen, René Habraken en Nico van Hoorn, komt typisch Brabants taalgebruik naar voren. Krachtige termen en geen blad voor de mond. Bovendien blikt de winkelier uit Dinther niet terug, zoals zangers vaak doen. Hij pikt juist de moderne ontwikkelingen op om ze tegen het licht te houden.
Het uitdijende Brabantse maïslandschap inspireerde de Revuo’s tot het lied Kneuzers. De countrycover van Jackson past prima bij de landelijke sfeer. Als volleerde loonwerkers beweegt het tweetal zich kibbelend en zingend door het beeld tot alle maïs uiteindelijk haksel is geworden.
Ut Reusels Muziekske stelt in Kempische Strumpkes de milieuvervuiling aan de orde in de beekjes van de Kempen. De beelden tonen af en toe een plastic pijp. Maar ze laten gelukkig vooral de schoonheid van die beekjes zien. De watermolen draait en het water kabbelt rustig voort in een schitterend landschap.
Spoit Elluf is specialist in humoristische muzikale bespiegelingen. Op de mert is een persiflage op de rondtrekkende Chileense en Peruaanse muziekgroepen. Menigeen zal het op z’n Zuid-Amerikaans opgedofte kwartet uit Helmond dan ook uitstekend kunnen plaatsen.
De in pak gestoken zangers en muzikanten van ’t Kumt Vaneiges zingen de klassieker Schon waar de jonge tèd alsof het een echt Brabants lied is. De zanglocatie in het museum Brabants Leven in Den Dungen versterkt het opgeroepen nostalgische gevoel nog meer.
Het duo Mari de Bijl en Jan Willem Verhoeven is in meerdere opzichten een buitenbeentje in het Brabantse dialectmuziekcircuit. Hun bijdrage is muzikaal verre van gebruikelijk en gaat met zijn tijd mee. Verder laat het duo in De boerderij in Rusmolle horen dat vroeger alles echt niet zo romantisch was zoals menig dialectlied doet geloven.
De meest kolderieke bijdrage komt van – hoe kan het anders - Dè Vèlt Op. De uitvoering van Ons bolderkarke is een aaneenschakeling van gein en leut. Maar vooral de kostuums van de groep uit Aarle-Rixtel springen in het oog.
De overgang naar het laatste nummer op de schijf is dan ook groot. Wiljo van Nuland zingt het ingetogen Bevrore bloijkes temidden van beeldhouwwerken in Heeswijk-Dinther.
Met deze in beeld gebrachte Brabantse liedjes is een nieuwe stap gezet. De titel van de dvd, In Brabant geborre, is ongetwijfeld juist. Maar de geboortegrond van de muzikanten blijkt eigenlijk alleen in het oosten van de provincie te liggen. Wellicht dat op een vervolg-dvd meer Brabantse Westerlingen meezingen. De diversiteit van de Brabantse dialecten zal dan nog duidelijker te horen zijn.