23 januari 1995 |
De Limburger op het web |
Beppie Kraft krijgt Gouden Narrekap
voor haar 'vasteloavesbliejheed'
Klein pröpke met veel
muziek in het köpke
Van onze verslaggever
GUUS URLINGS
HOENSBROEK - Een zaal stampvol mannen in zwarte pakken, veelkleurige mutsen op het hoofd. Vrouwen in uitgaanstenue. Glitters en klatergoud. Rinkelende onderscheidingen. Veel wapperende fazanteveren. Drukke obers manoeuvreren tussen de tafels door met dienbladen vol glazen. Volle glazen heen, lege glazen terug. Het kan niet missen: dit moet carnaval zijn.
Vrijdagavond, kasteel Hoensbroek. Met busladingen tegelijk worden ze aangevoerd. Mirlitophile uit Valkenburg, Winkbülle uit Heerlen, Tempeleers uit Maastricht, Uule uit Roermond, Flaarisse uit Geleen, Marotte uit Sittard, Pieëlhaze uit Venray en nog veel meer. Feestelijk uitgedost voor een bijeenkomst van de SLV, de Samewirkende Limburgse Vasteloavesvereiniginge, de organisatie die in Hoensbroek haar thuisbasis heeft.
Een bijzondere bijeenkomst, want de Gouden Narrekap wordt uitgereikt. Een hoge onderscheiding die slechts één keer in de vier jaar wordt toegekend aan „een Limburgse artiest die in de afgelopen jaren de Limburgse cultuur heeft uitgedragen, in het bijzonder de vasteloavesbliejheed."
De erelijst van gedecoreerden vermeldt namen die iedere rechtgeaarde Limburgse carnavalist als muziek in de oren moeten klinken: troubadour Sjef Diederen, buutteredners Pierre Cnoops en Ton Jorna, het Duo Oetgesloape (Piet Boonstra en Peter Vellinga) en meer van die grootheden. De crème de la crème.
Daar komt nu weer een naam bij. Die van Beppie Kraft. Geen verrassing, want vorig jaar al maakte de SLV bekend dat de Gouden Narrekap deze keer aan de kleine grote dame van de Limburgse vasteloavend zou worden uitgereikt.
Vader
Beppie Kraft en carnaval, dat hoort bij elkaar als Mestreech en de Maos. En ook wel een beetje als de Pieël en Venroy. In 1946 geboren op de Grote Gracht in Maastricht als dochter van die andere grootheid uit de wereld van de carnavalsschlagers, Sjeng Kraft, kreeg ze de muziek met de paplepelingegeven.
Zo erg veel centimeters kwamen er na die geboorte niet meer bij. Maar haar stem en haar gevoel voor muziek groeiden voor twee. Of, zoals het heet in de laudatio, de lofzang die wordt uitgesproken bij het verlenen van de Gouden Narrekap: „Ze bleef 'n klein pröpke, maar met veel muziek in 't köpke."
Drieëndertig jaar staat ze inmiddels op de planken. Tientallen carnavalshits heeft ze op haar naam staan, meestal geschreven door vader Sjeng. Stuk voor stuk meezingers die tot het vaste repertoire van carnavalvierend Limburg zijn gaan behoren. Van de herremenie tot de vogel die eerst gevlogen was maar later - och, wat hùb iech gelök - weer terugkwam en de nach is nog zoe laank, hele volksstammen kennen de teksten zowat van buiten.
Al veertien jaar inmiddels maakt ze, samen met collega Math Haaken, furore in het duo Berb en Gradus, dat de kunst van het creatief schelden in het plat maar wel lááááánk Mestreechs tot een zeldzaam niveau heeft verheven.
Er is nog meer. „Beppie is. een van de beste en een van de sympathiekste collega's die je je maar kunt wensen" zegt Pierre Cnoops tussen de grappen door.
Te groot
Beppie Kraft wordt warempel wat verlegen van al die lovende woorden, van de staande ovaties. Een beetje emotioneel ook. Als voorzitter Wim Leentjens van de SLV haar de Gouden Narrekap overhandigt, moet hij er meteen een glaasje water bijdoen om haar in staat te stellen haar dankwoord uit te spreken. „Deze kap is mij zowel letterlijk als figuurlijk een paar maten te groot", zegt ze. Om vervolgens een groot deel van de eer door te leiden naar vader Sjeng („Die heeft mij gemáákt"), podiumpartner Math Haaken, collega-platenbaas Conny Peters en - „de bèste es lèste" - echtgenoot Pierre Knubben.
De Gouden Narrekap zet ze niet op. Die draagt ze, zegt ze, de rest van haar leven op het hart. Met een mini-narrekapje op het hoofd zingt ze één liedje. Iedereen deint mee, zingt mee. Zelfs de Pieëlhaze uit Venray blijken het Mestreechs al snel meester. De taal van Beppie Kraft is de taal van carnaval, en die spreken ze in heel Limburg.
