1 oktober 2010
De Limburger op het web
VOORBESCHOUWING De opvallende deelnemers
aan de finale van de liedjesavond in VenloPrimeurs en het vervolg op ‘2011’
Met welke liedjes viert Venlo de komende vastelaovend? Vak-, zaal- en wijkjury bepalen het morgenavond tijdens de jaarlijkse leedjesaovend van Jocus.
door Harry Lucker
Over kanshebbers op Opus Jocus (de Venlose liedjesavond) valt weinig zinnigs te zeggen. Over de componisten nog minder, die worden tot na de uitslag geheimgehouden. We kunnen wel al zeggen dat de opening van de liedjeswedstrijd menige wenkbrauw zal doen fronzen.
Vier ondernemers uit de Venlose Klaasstraat betreden voor het eerst als zangers de bühne. Renier Linders (fotograaf), Toon Boermans (juwelier), John van der Sterren (opticien) en Bert Dielen (slijter) brengen het nummer Kôm prônke. Een ideetje van Van der Sterren. Die deed ooit bij de schrijver van het lied de suggestie een liedje te maken over het evenement Prônke. „Een jaar later floepte er een mailtje binnen, een liedjestekst met de vraag of het kwant genoeg was”, zegt Linders. De ondernemers die ook het Prônke organiseren, werden zangers. Ze zorgen voor twee primeurs. Nog nooit zongen vier ondernemers en erkende niet-zangers een liedje in de finale, al kende Jocus wel ooit een winnend liedje dat werd gezongen door vier oud-prinsen. En het carnavalsevenement Prônke werd nog nooit bezongen. Daar staat tegenover dat het nummer een wals is, een genre dat de laatste jaren in Venlo nauwelijks meer werd gebruikt. „Ons optreden is eenmalig. Dat wil zeggen, we doen één keer mee aan de wedstrijd. Natuurlijk hopen we bij de eerste vier te komen. Het nummer staat ook op een draaiorgelboek. Als we bij de eerste vier zitten, trekken we met een orgel langs de bejaardenhuizen."
Andere nieuwkomers in de finale zijn de 22-jarige zangers Noud Janssen en Tim Peeters. Al zijn ze niet onbekend in de carnavalswereld. Met hun winnende liedje Naatje Pet bij de Herfshane, hadden ze vorig jaar al veertig optredens. Nu staan ze met twee nummers (waaronder een eigen geschreven) in de grote finale. „Een mars, Aom genôg en het 't Maske dat het best als cabaretesk valt te omschrijven", zegt Janssen. „Het feit dat we ook met ons eigen nummer in de finale staan, smaakt naar meer. Het nummer is geschreven in Alicante waar ik voor mijn studie zat. Tim kwam langs voor een lang weekeinde. Daar is het nummer geboren. Samen geschreven, al moet ik zeggen dat Tim de meest creatieve is.” Bekende namen in de finale zijn die van Frans Driessen die met Mirthe Kuipers San Tropeej aan de Maas zingt. De Vastelaoveswiés komt van Bibian Baur en Jeroen Marcelissen. Vic Suiker, Marius Suiker, Mark Janssen en Petro Janssen komen met Dao kinse hônderd mei waere. De broers Janssen brengen verder nog Waat noow dan weer? Marcel Verdellen en Paul Joosten zingen Ooh Marjanne. Bram Holla en Ruud Stikkelbroeck bereikten de finale met Meneer de pliesie terwijl broers Gé en Rob Deenen de avond afsluiten met 't moeiste maedje van de waereld.
Missen we nog één finalist. De man die in 1997 het samen met Frits Tilburgs gemaakte nummer 2011 zong. Een liedje in mineur, over het uitsterven van het carnaval. Veertien jaar later staat Martin Peters met Frits Tilburgs met 2011, de gek zelf in de finale. „De cirkel is rond”, zegt Peters. „Het liedje 2011 heb ik destijds om drie redenen geschreven. Ik zou er veertien jaar mee vooruit kunnen, mijn inmiddels overleden vader zou in 2011 honderd jaar zijn geworden en het was een periode dat vele Venlonaren vonden dat ze met carnaval op skivakantie moesten gaan.” Het nummer werd destijds derde en nu we carnaval in 2011 gaan vieren, is het helemaal terug. Jocus ontleende aan het lied het motto voor het komende carnaval en 2011 staat op de nieuwe carnavals-cd. „Dit is een vervolg, al is het wel een stuk vrolijker met een refrein in bossanova”, zegt Peters. Die met zijn optreden tevens een punt zet achter zijn carrière als zanger op liedjeswedstrijden. „Ik zal gewoon blijven schrijven, maar als zanger in wedstrijden moet je op een gegeven moment stoppen. Dit is een mooi moment om een punt te zetten.”