21 januari 2008 |
De Limburger op het web |
‘Mijn mp3 zit vol met carnavalsmuziek’
Wie zich afvraagt of carnaval nog wel van deze tijd is, moet eens een kijkje gaan nemen bij het Kinger Vastelaovend Leedjesfestival. Zondag, tijdens de finale in Helden, bleek dat de toekomst van het ‘vastelaovesleedje’ in goede handen is.
Door Guus Urlings
„Iech houd van computers, jao, dat ving iech gaaf
De ganse tied op internet, dao kom iech neet van aaf
Leedsjes opsjlaon daon iech gaer, dat ving iech toch zoa sjiek
Miene mp3 ziet vol mèt carnavalsmeziek.”
Zeg eens dat het geen bij-de-tijdse tekst is voor een kindercarnavalsliedje… Computers, internet, mp3. Dat is nog eens wat anders dan trommeltjes, toeters en bellen. Maar wél carnaval. Carnaval anno 2008, in het liedje 'Heidihee, Heidihoo' gezongen door leerlingen van de groepen zeven en acht van de basisschool Vilt uit de gelijknamige Zuid-Limburgse plaats.
'Heidihee, Heidihoo' was één van de elf liedjes die zondag, tijdens de finale van het Kinger Vastelaovend Leedjesfestival, door de grote zaal van discotheek Palladio in Helden schalden. Liedjes vóór kinderen, gezongen dóór kinderen. Niet geschreven door kinderen, nee. Dat zou ook te veel verwacht zijn. Wat niet wegneemt dat ze wel degelijk hun steentje hebben bijgedragen aan de teksten die ze moesten vertolken. 'Gank ens oet de waeg!' van Kombischool De Pas uit Helden werd bijvoorbeeld helemaal samengesteld uit tekstvondsten van de leerlingen zelf.
Muzikaal gezien haakten de meeste liedjes aan bij wat in de grotemensencarnaval gebruikelijk is. Veel marsen, dus. Met twee opvallende uitzonderingen: Loes Kleeven en Jole van Berlo uit Horst die met 'Daat is waat ik wil' een up-tempo liedje brachten - heel geschikt om op te jumpen - en Josje van Cruchten uit Maasniel die met 'Rebbedep' een stevig rapnummer neerzette. Het bont uitgedoste jeugdige volkje dat de dansvloer van Palladio bevolkte - allemaal van een leeftijdscategorie die de Heldense disco bepaald niet ieder weekend over de vloer krijgt - zag wel brood in die hedendaagse variant van het hossen. De jury uiteindelijk niet.
„Iech houd van computers, jao, dat ving iech gaaf
De ganse tied op internet, dao kom iech neet van aaf
Leedsjes opsjlaon daon iech gaer, dat ving iech toch zoa sjiek
Miene mp3 ziet vol mèt carnavalsmeziek.”
Die tekst, een swingend refrein en een enthousiaste presentatie op het podium leverden de groep van de basisschool uit Vilt met 'Heidihee, Heidihoo' uiteindelijk de eerste plaats op. Net voor een andere Zuid-Limburgse deelnemer, Oscar Merx uit Eys, die in 'Mit carnaval kal ich plat' het verhaal vertelde van een jongetje dat van zijn moeder het hele jaar door ‘netjes’ (lees: Nederlands) moet spreken, maar met carnaval zijn gram haalt door uitbundig dialect te gaan 'kalle'.
De overige negen deelnemers eindigden ex-aequo op de derde plaats. Omdat het, zoals de presentatoren terecht opmerkten, eigenlijk allemaal winnaars zijn. Op het podium staan in een bomvolle zaal, er zijn zat volwassenen die het niet aandurven. Mooie gedachte, geruststellend ook voor iedereen die aan de toekomst van carnaval durft te twijfelen: de finalisten van het Kinger Vastelaovend Leedjesfestival waren geselecteerd uit een totaal van 65 (!) inschrijvingen. Er staat dus een complete generatie nieuw carnavalstalent in de coulissen te trappelen om het stokje over te nemen…
