1 maart 2005 |
Ruud's Music Magazine op het web |
Louisa
Beekse zangeres pikt na dik 25 jaar
zangcarrière weer op!
Als jong meisje van een jaar of elf, twaalf, heeft Louisa een jaar of zeven door Limburg en Duitsland gereisd om liedjes te zingen. Het is dan begin jaren zeventig. Nadat ze verkering kreeg met het haar huidige man Jos kwam het zingen op een laag pitje te staan. Er kwamen kinderen en het duurde vervolgens tot 2003 voordat Louisa haar oude hobby weer nieuw leven inblies. Inmiddels heeft zij een CD gemaakt met 7 nummers en neemt het aantal optredens toe.
Ik zocht Louisa en haar man Jos op in hun sfeervol aangeklede woning in Beek.
Zo lang niet zingen en het dan toch weer oppakken.....
“Het is altijd blijven kriebelen. Ik vond het als tiener al heerlijk om te doen. Met mijn vader reisde ik overal naartoe. Ik zong in het Nederlands en Duits. Nummers van bijvoorbeeld Conny Francis. Nu misschien geen bekende naam meer, maar destijds een enorme ster. Zangles kreeg ik van Riet Kallen uit Geleen , en daar heb ik nu nog steeds profijt van.
In de jaren zeventig trad ik vooral in Duitsland op. Omdat ik jonger dan vijftien was mocht ik in Nederland eigenlijk helemaal niet optreden, want dat werd gezien als kinderarbeid. In die tijd heb ik zelfs nog een plaatje mogen maken. Op de A-kant stond ‘Mamamuscha’ en op de B-kant het nummer ‘Silberfäden’. Het was een ontzettend leuke tijd en vind ik het ook zo fijn om deze hobby, al is het dan zoveel later, toch weer te kunnen voortzetten”.
Wat was de aanleiding om weer te gaan zingen?
“In 2003 was Robert Vrancken carnavalsprins van Beek. Hij wilde graag een echte Beekse Schlager hebben, maar Beek heeft geen liedjesconcours, dus tja, dat was moeilijk. Robert heeft mij vervolgens benaderd om een liedje te zingen, dat hij samen met Guus Smeets heeft geschreven. Het nummer luistert naar de titel ‘Vastelaovestied’. Op die manier ben ik opnieuw begonnen met zingen, en echt, ik heb er geen spijt van. Het is heerlijk om te doen.
Dankzij die carnavalsschlager kwam ik meteen bij de juiste persoon terecht: Guus Smeets. Ik heb Guus gevraagd nog meer liedjes voor mij te schrijven en dat heeft hij gedaan. Uiteindelijk ben ik in de studio van Lei de Bruyn in Kerkrade 7 liedjes gaan opnemen die op de CD ‘Louisa, ’n Limburgs maedje’ zijn verschenen. Die CD is 20 november 2004 in café/zaal “’t Auwt patronaat” gepresenteerd, samen met o.a. Guus Smeets, Bèr Haagmans, de Plakploasters, zaate hermenie Effe Wachte en DJ Stefan. Het café was helemaal vol en er zijn zelfs tv-opnames gemaakt die volop gedraaid zijn op de Limburgse TV-zender. Dat heeft mij behoorlijk wat publiciteit en promotie opgeleverd”.
Toen jij begin jaren zeventig zong was er nog niet zoveel Limburgstalige muziek. Wie is momenteel jouw grote voorbeeld?
“Dat is zonder twijfel Beppie. En mijn favoriete nummer, dat ik ook zing, is ‘De nach is noch zoe laank’. Een geweldige zangeres”.
Wat vindt jouw man Jos ervan dat je weer ‘in de schijnwerpers’ staat?
“Hij vindt het hartstikke leuk en steunt me van harte. We gaan samen naar de optredens en regelen alles samen met betrekking tot de CD’s, de boekingen, het geluid, nieuwe ideeën, noem maar op”.
Wat wil je graag bereiken?
“Geregeld een optreden. Dat is mijn doel. Ik hoef er echt geen vijf op één avond, want ik zie het echt als een hobby. Ik hoef er niet rijk van te worden. Als de optredens de kosten kunnen dekken dan is dat voor mij voldoende. Het gaat mij vooral om de voldoening, het plezier en de reacties van het publiek. Andere hobby’s heb ik niet. We hebben wel een hond, Sonja, en tuinieren doe ik ook graag. Jos en ik hebben twee kinderen. Onze zoon woont nog thuis. Is dat ook een hobby, ha ha!
Och, ik heb toch nog één hobby vergeten. Bij het zaate hermenieke ‘Effe wachte’ speel ik trompet!”
Wat voor een repertoire breng je?
“De nummers op de CD zijn nummers die door Guus Smeets geschreven zijn, met uitzondering van het nummer ‘Loeënde Klokke’. Daarnaast zing ik nummers zoals ‘Que Sera Sera’ van Doris Day, ‘Sierra Madre’, liedjes van de Duitse zangeres Andrea Berger, ‘Geneet van ’t laeve’ van Sjef Diederen, ‘de Lempkes’ van Angelina, natuurlijk ‘De Nach’ van Beppie, het Duitse nummer ‘Schuld war nur der Bossa Nova’ enzovoorts.
Mijn totale repertoire telt momenteel 18 nummers. Voor het carnavalsseizoen 2004/2005 heb ik alweer een nieuwe Schlager: ‘Ich höb de sjmaak alweer te pakke’, waarmee ik o.a. op het gemeentehuis een optreden heb mogen verzorgen”. Vorig jaar heb ik trouwens meegedaan aan het liedjesconcours van Schinnen en daar de 1e plaats behaald, met als gevolg een aantal optredens in Schinnen. Het loopt dus prima. En dat bijna 30 jaar nadat ik voor het eerst op de planken stond!
