Paul en Leo zijn blij voor Heerlen
Johan van de Beek
Heerlen - In een afgeladen café Pelt in Heerlen speelden Paul (Münstermann) en Leo (Keularts), de winnaars van het Limburgs Vastelaovesleedjes Konkoer, gisteren een thuiswedstrijd. Er was vooral trots dat voor het eerst een Heerlens liedje werd uitgeroepen tot beste van de provincie.
Twee keer afgezaagd en nog te kort. Dat klinkt niet alleen als een Witz maar bijna als een Japanse zen-wijsheid.
Paul: ,,Haha. Ik heb het niet verzonnen, het komt van de pap van Lei.''
Leo: ,,Mijn vader was timmerman. Hij gebruikte die uitdrukking wel eens. Mooi natuurlijk om dat te kunnen gebruiken voor een liedje.''
Jullie waren niet gewoon blij vrijdagavond maar extatisch.
Paul: ,,We gokten op een plaats bij de eerste tien. Ik dacht dat het geweldig zou zijn, niet alleen voor ons maar vooral voor Heerlen. Maar toen we in punten echt 'los' kwamen van de concurrentie dacht ik: het zal toch niet gebeuren dat we hier gaan winnen? Ik werd knettergek. Lei is daar wat nuchterder in, die denkt meer van 'we zien wel'. Twee juryrondes voor het einde begon ik er in te geloven. Maar we staan weer met beide benen op de grond hoor. De volgende dag moet je weer gewoon werken. Maar voor de stad is het geweldig.''
Waarom is het zo belangrijk dat een Heerlens liedje heeft gewonnen?
Paul: ,,Tja, dit begint een beetje een stokpaardje van me te worden. Ik hoop dat deze zege zal werken als een opsteker voor het Heerlense carnaval. Dat mensen eens wakker worden geschud en beseffen hoe belangrijk het is om de carnavalscultuur niet alleen in stand te houden maar ook uit te bouwen.''
'Strijd tegen Hollandse liedjes is gewonnen'
Heerlen - Wat is er mis dan? Paul: Dit is een persoonlijke theorie hoor. Er zijn hier in de stad mensen die zich uit de naad werken voor het carnaval en er alles voor over hebben. Maar het was jarenlang ook een beetje trekken aan een dood paard. Kijk, Heerlen heeft jarenlang volop geïntegreerd.
Er kwamen Italianen, er kwamen Turken en er kwamen Hollanders om hier te werken. Dat is allemaal fantastisch gelukt. Mooi. Maar ergens, onderweg, is de stad een beetje haar eigen cultuur kwijtgeraakt en losgeraakt van de rest van Limburg. Dat zie je in het carnaval terug. Kijk, Maastricht is een heel mooie stad. Die heeft als het ware al Stimmung van zichzelf. In Heerlen moet het altijd van en uit de mensen zelf komen. Anders is er niks. Het wordt tijd dat de lui massaler 'uit hun hut' komen en misschien dat dit liedje daar aan mee kan werken.''
Hoe groot of klein achten jullie de kans dat Twieëmoal aafgezeëg (en nog te kót) over vijf of tien jaar nog wordt gezongen? Niet alleen in Heerlen maar bijvoorbeeld ook in Venlo. Of Maastricht? Vaan Eysde tot de Mookerhei uit 1977 wordt provinciebreed gezongen. Dat is daarna nog maar met heel weinig liedjes gebeurd.
Paul: ,,Klopt. Ik weet niet of ons liedje zal overleven. De situatie was destijds, toen het Konkoer pas bestond, ook nog anders. Er moest een vuist worden gemaakt tegen de Hollandse carnavalsschlagers. Dat hoeft nu niet meer want de strijd tegen Er staat een paard in de gang en dat soort werk is al lang gewonnen. Er waren dit jaar 315 inzendingen voor het liedjesconcours. Het is onvoorstellbaar als je beseft hoeveel mensen tegenwoordig bezig zijn met het schrijven en componeren van Limburgse carnavalsliedjes. In die overstelpende markt is het enorm moeilijk om er boven uit te schieten.''
Leo: ,,Van de andere kant zie je nu ook dat de aandacht van de media voor carnaval groter is dan ooit tevoren. Je wordt meer gehoord en op verschillende plekken. Het was een paar jaar geleden ondenkbaar dat Heerlense liedjes in Kerkrade werden gezongen of andersom. Dat kan nu wel. Dus wie weet.''
Paul: ,,Natuurlijk zijn liedjes, door het dialect, ook sterk aan een stad gebonden. En een beetje chauvinisme hoort ook bij het carnaval. Maar je moet ook weer niet overdrijven, je moet er de Witz van inzien. We hadden vrijdagavond goed contact met de andere artiesten, ook met onze concurrenten voor de eerste plaats. Geweldige lui, allemaal. Maar hier en daar merkte je bij de aanhang wel weer iets van polarisatie. Zo van streek tegen streek, stad tegen stad, Zuid tegen Noord. Dat hoeft voor mij niet niet zo. Het mag wel wat speelser.''
En nu worden jullie natuurlijk steenrijk.
Paul: ,,Haha. Geestelijk en cultureel wel. Het geld dat we de afgelopen jaren verdienden hebben we allemaal gestoken in een cd. En dan moet je nog maar afwachten of iemand die wil kopen.''
Leo: ,,Als je bijvoorbeeld wil weten of er een tweede vakantie in zit voor ons, dan is het antwoord...nee.''
Het Limburgs Vastelaovesleedjes Konkoer om de Bertha Paulissen Baeker wordt in 2005 gehouden op 28 januari. Top-tien van 2004: 1. Heerlen (Twieëmoal aafgezeëg en nog te kót), 2. Sittard (Ze kènne mich oet Limburg haole), 3. Reuver (Harie), 4. Reuver (Honing aanne vot), 5. Maastricht ('t Regent Vastelaovend!), 6. Roermond (Kiék bliéj!), 7. Tegelen (Laot ôs proffitere), 8.Limbricht (Petrus), 9. Geleen (Wiej de windj waèjt, waèjt mien jèske), 10. Lindenheuvel (Jeuk is erger es pien).
