De Kroegzengers uit Grubbenvorst namen voor de eeuwwisseling regelmatig deel aan de liedjeswedstrijd in hun woonplaats.
In 1991 behaalde de carnavalsgroep zowel de derde als de vierde plaats met Opzie, opzie, opzie, respectievelijk De siësta.
In 1994 bereikten de zangers de vierde plaats met het lied De moëisten tiéd.
In 1996 behaalden de Kroegzengers de vijfde plaats op de Grubbenvorster liedjeswedstrijd met het lied Mien korte ermkes.
In 1997 nam het carnavalskoor deel aan de Liedjesmatinee van De Plaggenhouwers met De Plaggepolonaise en in 1998 zelfs met twee liedjes: Weej twië en Miene golde.
In 2000 zongen de Kroegzengers tijdens de liedjeswedsstrijd in Grubbenvorst het lied Wae duit ôs wât.
DISCOGRAFIE
Single 7"
"Stichting 't Plaggelied" (1984)
EP samen met Margo Verbeek en D.U.V.
"Grubbenvorster Carnavalsplaat 1 1982/83: Mien Leedje - De Roddelaer / De Greuj -
Marieke de Watser" (Geen label 59001, 1982)CD samen met anderen
"4 x 11, det ging vânzelf" (FMS Grubbenvorst CD 9610, 1996)