7 februari 2009
Friesch Dagblad op het web
Stellingwervers hangen een nieuwe vlag uit
om hun eigen identiteit te vierenZevenhonderd jaar in de ban:
reden voor een feestDoor Merlijn Torensma
Oldeberkoop - Zevenhonderd jaar geleden werden de Stellingwervers in de ban gedaan door de bisschop van Utrecht. Het is het eerste schriftelijke bewijs van het bestaan van de eigenzinnige Zuidoost-Friezen. Reden voor feest. Gisteren hesen de Stellingwervers hun eigen vlag als start van het jubileumjaar.
Is Stellingwerf wel Fryslân? Ze spreken er de taal niet, bouwen een andere soort boerderijen en als de Friezen een millenniumfeest vieren dat Simmer2000 heet, dan schitteren de Stellingwervers door afwezigheid. Oost- en Weststellingwerf horen sinds 1504 officieel bij de provincie. Maar Fries hebben ze zich nooit echt gevoeld.
,,Je voelt het verschil tussen ons en de echte Friezen. Maar benoem dat maar eens”, zegt historicus Henk Bloemhoff. Hij doet een poging: ,,Friezen zeggen sneller waar het op staat. Ze zijn wat directer. Wij Stellingwervers zijn bedachtzamer. Maar als eenmaal iets is besloten, dan moet het ook zo. In de Stellingwerven vind je een eigen gemoedelijkheid. Die vind je niet overal.”
Een echte Stellingwerver is volgens Bloemhoff gesloten, voorzichtig, iemand die de kat uit de boom kijkt, halsstarrig en koppig. ,,Ze zijn soms eigenzinniger dan de echte Friezen”, zegt de geschiedkundige met een knipoog. ,,Het volk is verdeeld over verschillende gemeenten, maar tot op de dag van vandaag blijft het één gebied.”
Het karakter van de de Stellingwervers werd zevenhonderd jaar terug gevormd. In de middeleeuwen lagen Oost- en Weststellingwerf in het bisdom Utrecht. Langzaam weekten de inwoners zich los van het gezag van de kerk. Uiteindelijk werd de vrijheidsdrang zo groot dat de Stellingwervers in 1309 de wapens grepen om zich te bevrijden van het juk van de bisschop.
De vrijheidsdrang was volgens Bloemhoff niet voorbehouden aan de Stellingwervers alleen. ,,In Groningen en Drenthe was ook een vrijheidsbeweging en in dezelfde periode had Fryslân de strijd voor de Friese Vrijheid. Het gezag van feodale bestuurders werd bevochten en de Friezen en Stellingwervers gehoorzaamden alleen de keizer.”
De vrijheidsdrang werd de Stellingwervers (toen nog Stellingwarvers met een a) niet in dank afgenomen. In een oorkonde uit 1309 beschrijft de bisschop van Utrecht hoe zijn kasteel in Vollenhove door de opstandelingen werd bestormd toen hij even weg was. Hij was hierover zo ontstemd, dat hij de Stellingwarvers in de ban deed.
Weinig effect
,,Die ban had niet zoveel effect”, vertelt Bloemhoff. ,,Later werd er door de bisschop nog scherper gedreigd. De kerkvorst dacht erover om kerkbezoek voor de Stellingwervers te verbieden. Kerk en staat waren in die tijd nog niet zo gescheiden als nu.” Voor zover Bloemhoff weet, is de ban nooit herroepen. Stellingwerf zou dus officieel nog steeds buiten de gunst van de katholieke kerk staan.
De banvloek die de boze bisschop uitsprak, heeft er wel voor gezorgd dat de Stellingwervers echt een apart volk werden. Het gebied werd door de Friezen weliswaar in de zestiende eeuw opgedeeld in Oost en West, maar er was een saamhorigheid ontstaan die nooit is verdwenen. ,,De bisschop is een soort katalysator geweest. Je zou kunnen zeggen dat wij dankzij hém zijn wie we zijn”, erkent Bloemhoff.
Moderne saksen
Zevenhonderd jaar lang verdoemd door de katholieke kerk. Is dat wel reden voor een feestje? Sietske Bloemhoff, zus van Henk en voorzitter van de Stellingwarver Schrieversronte, vindt van wel. ,,Wij hebben er weinig last van dat we in de ban zijn gedaan.”
De akte van de bisschop is voor haar vooral een erkenning van de historische roots van de Stellingwervers. ,,We zijn altijd al een vrijheidslievend volkje geweest. Dat bewijst die ban als eerste.”
Dat er een feest wordt georganiseerd heeft vooral te maken met het typische karakter van de Stellingwervers. ,,We hebben een eigen identiteit en die willen wij overeind houden”, zegt Sietske Bloemhoff. Volgens haar uit die identiteit hem vooral in de taal. Het Stellingwerfs is een Saksische taal die binnenkort volledig erkend kan worden door de Europese Unie. De identiteit hangt echter ook samen met de streek en het landschap. ,,Boven de Tjonger is het wezenlijk anders dan eronder, bij ons. Boven heb je de Friese meren. Onze streek heeft een bepaalde eigenheid.”
Afscheiden van Fryslân hoeft van Bloemhoff niet. ,,We hebben hele goede contacten met de Friezen. We hebben ook hele goede contacten met de mensen in de andere gemeenten waar ook Saksisch dialect wordt gesproken. We zitten nu mooi centraal tussen de Friezen en de rest van het land. Maar we blijven Saksen binnen de Friese grenzen.”