HÉT TIJDSCHRIFT OVER NEDERLANDSE POPMUZIEK

Nationaal Popinstituut op het web

DE RÈGÁHS

Flamenco met Haagse humor

'Wat begon als een grap is intussen uitgegroeid tot een instituut: we worden in Den Haag op handen gedragen', vertelt de Haagse flamencogitarist Johan Frauenfelder. Hij maakte bewerkingen van bestaande en eigen flamenco-liedjes, voorzag ze van Haagse teksten en vroeg twee collega's hem te begeleiden: De Règáhs waren geboren.

ALS JE ALS REIGERTJE GEBOREN BENT, word je never nooit een pauw. (Uit: Wie Ben Ik/Pâwuh En Règáhs) 'Hét Haagse symbool is een ooievaar. Maar die is wat bekakt. De gewone Hagenezen zijn règáhs (reigers). En als De Règáhs spreken we over flamingo zodat je ook aan die vogel denkt', vertelt de in keurig zwartgestreept colbert gestoken Johan. Het nummer staat op het afgelopen jaar verschenen album Werelds. 'Ik wist niet dat ik dat zo makkelijk kon; met die taal spelen. Het Haags is geliefd. Dat heeft een positieve en negatieve kant. Hagenezen staan bekend om het gooien met ziektes zoals kanker. Dat doen wij bewust niet. We laten zien dat het ook zonder kan. Den Haag heeft een bepaald soort humor: heel direct en schijnbaar rauw. Wij zeggen tegen een amigo: 'Zuipen, griezel?' Dat is joviaal bedoeld.'

Grap
Naar de thuisbasis van De Règáhs hoef je niet te zoeken. Het Haagse herenhuis is versierd met een poster van de band. Voor het raam staat een rij door de zon verkleurde cd's van Johans label nl.disco. Binnengekomen valt het oog op de Spaanse gitaar. 'Via de film Carmen waarin ik Paco de Lucia zag spelen, kwam ik met flamenco in aanraking. Ik speelde toen alleen klassiek en pop, maar hield van het warme geluid van de nylon snaren. In die tijd - zo'n 25 jaar geleden - moest je stad en land afzoeken om de ingewikkelde flamencoritmes te leren. Ik ging ook naar Spanje voor de flamencogitaar. Op het Rotterdams conservatorium kreeg ik flamencoles van Paco Peña. Sinds die tijd heb ik hier de flamenco uitgedragen en richtte Aficionao, een tijdschrift voor flamencoliefhebbers, op. Het bestaat nog en heet nu Mundo Flamenco. Ik organiseerde flamencoconcerten en festivals.'
Johan was de drijvende kracht achter groepen als Flamenquito. Met NL.Mundo bracht hij in 2006 Caminantes uit. In 2002 verscheen een soloalbum, maar onder zijn eigen naam heeft hij in tegenstelling tot de Nederlandse flamencoliefhebber Eric Vaarzon Morel nooit veel uitgebracht of opgetreden. 'Het idee om flamenco met Haagse teksten te maken, begon in 2007 als een grap', vertelt hij na een slok bier. 'Ons publiek reageerde razend enthousiast en zei: breng wat uit. Adios Amigo was voor het op single verscheen al honderdduizend keer op YouTube bekeken.' Intussen ligt de tweede cd in de winkel en na het optreden in De Wereld Draait Door weet ook de rest van Nederland van De Règáhs' bestaan. Stephan Evenblij (GTST) presenteerde de cd Werelds. De tienduizend geperste exemplaren zijn bijna allemaal verkocht. 'Het verrast me. Echt, we worden in Den Haag op handen gedragen. Door onze muziek herkennen veel mensen de flamencoritmes en willen de flamencodans leren.'

Flamingo
Op hun website staat te lezen dat heel Nederland aan de flamingo gaat. Dat klinkt ambitieus. 'We hebben niet de missie elke Nederlander de flamenco te leren. Er staat flamingo niet flamenco. We bedoelen dat ze onze muziek, die we bewust foutgeschreven flamingo noemen, luisteren. Ook willen we vaker buiten Den Haag spelen.' Van zijn gezicht valt af te lezen, dat hij daarin alle vertrouwen heeft. 'Via Sjaak Bral (Haagse cabaretier, red.) kwamen we in contact met de bekende boeker Mojo. Binnenkort gaan we beginnen we aan een productie voor de Nederlandse theaters.'

 terug naar De Règahs

Deze pagina is bijgewerkt op