De NRC op het web

Ede Staal

Leens, een vlek in het noordwesten van de provincie Groningen. Hier is Ede Staal (1941-1986) opgegroeid, de Groningse zanger en liedjesschrijver die wel met Jacques Brel wordt vergeleken. Een vergelijking die alleen nuttig is om niet-wetenden een idee te geven van de richting die Staal als artiest insloeg.
  Zelf luister ik liever naar Staal dan naar Brel. Hij is laconieker, minder pretentieus en pathetisch. En hij zingt meestal in het Gronings, een onderschat dialect met veel flegma en weinig grote woorden - ze hebben er niet eens een woord voor 'liefde'.
  Op de borg Verhildersum, even buiten Leens, loopt tot 26 november een tentoonstelling over het leven van Staal. Alleen de echte bewonderaars moeten er naar toe, want er is niet zo bar veel te zien: een paar wanden met foto's en krantenknipsels, zijn piano en accordeon. Hij zou het zelf ook wel genoeg gevonden hebben. „Ik ben geen streber", zegt hij in een van die knipsels, „anders was het er wel eerder uitgekomen. Ik hou van de splendid isolation (...) Op de Groninger klei bevalt het me het beste."
  Vier jaar geleden hoorde ik hem voor het eerst, dankzij een korte tv-documentaire van Henk van Middelaar, en ik was meteen verkocht. Ik heb zijn vier cd's gekocht en alles gelezen wat er over hem te lezen viel. Dat is nog steeds niet erg veel. Hij was leraar Engels, leidde met zijn gezin een teruggetrokken bestaan en schreef in zijn vrije tijd zijn liedjes. Een locale held die pas na zijn dood buiten Groningen bekendheid verwierf.
  Zijn cd's zijn nu overal in Nederland verkrijgbaar. Een tip: luister dóór. Eerst denk je: wat moet ik hiermee? Het dialect hindert je misschien, en er staan ook slechte, knullige deuntjes op die cd's. Staal was nu eenmaal een ongepolijst talent, hij stierf (aan longkanker) voordat hij zich helemaal had kunnen ontplooien. Maar dan opeens stuit je op een pareltje, bijvoorbeeld op Het het nog nooit zo donker west (favoriet lied op Groningse begrafenissen), Het hoogeland (gebruikt in de speelfilm `De Poolse bruid'), Nij Stoatenziel, De Nacht, As vaaier woorden. Liedjes die je nooit meer vergeet.
  Staal was een bewonderaar van Randy Newman, maar ik denk dat Newman graag een paar van Staals liedjes geschreven zou hebben. Vooral die twee liefdesliedjes die tot de mooiste in het genre behoren: Zalstoe aaltied bie mie blieven en Mien lutje laiverd. Nooit eerder klonk het knoestige Gronings zó teder.
  Wat is zijn magie? Hij kan in twee minuten met een pakkend melodietje en een paar treffende regels een wereld van weemoed uitbeelden. Zijn `bronzen' stem klinkt naar Bing Crosby, maar zonder diens koketterie.
  Ik loop door Leens, een zeer protestants dorp waar hij een moeilijke jeugd moet hebben doorgebracht. Hij woonde met zijn moeder en zusje bij zijn grootvader. Zijn vader, een zware, langgestrafte, oorlogsmisdadiger, kwam niet meer thuis. „Ede was stil en viel niet op", zegt een klasgenoot op de tentoonstelling. Geen wonder. In die jaren moet de kiem zijn gelegd van dit bijzondere talent.

FRITS ABRAHAMS

terug naar Ede Staal

Deze pagina is bijgewerkt op